De drie, volgens mij, mooiste follies van Folly Art Norg 2024

Komende zondag wordt Folly Art Norg afgesloten. Dat gaat gepaard met de uitreiking van twee prijzen, een door een jury en een namens het publiek. Maar ook met de overhandiging van twee certificaten, een voor de meeste duurzame folly en een voor de duurzame werkwijze van de FAN-organisatie.

Onderstaande foto’s laten in niet willekeurige volgorde drie follies zien die er wat mij betreft bovenuit steken: 1 Sporenvangers Lars Goossens & Vincent van Leeuwen

1. 'Sporenvangers' van Lars Goossens & Vincent van Leeuwen.

2 De hybride waarnemer Alexandrea van Paassen

2. 'De hybride waarnemer' van Alexandrea van Paassen.

3 Zoektocht in de bodem Henri van Hoeve & Sanne Dijkstra

3. 'Zoektocht in de bodem' van Henri van Hoeve & Sanne Dijkstra.


Betere kijkcijfers maken Zomergasten niet automatisch tot betere televisie

1 Liesbeth Zegveld in Zomergasten
Daags voor de vijfde aflevering van Zomergasten, dit keer met mensenrechtenadvocaat Liesbeth Zegveld, plaatste NRC een intrigerend artikel waarin televisierecensenten hun blauwe licht laten schijnen over het vermeend tegenvallende succes van het programma dit seizoen. Er zou sprake zijn van een ‘kijkcijfernachtmerrie’.

Het artikel, geschreven door Wilfred Takken, niet de eerste de beste, ging gepaard met een infographic waarin is te zien dat Youp van ’t Hek en Mies Bouwman meer dan een miljoen kijkers trokken toen zij in respectievelijk 2001 en 2002 werden geïnterviewd door Adriaan van Dis. Eberhart van der Laan scoorde ook meer dan een miljoen kijkers, in 2017 toen hij werd geïnterviewd door Janine Abbring.

Dit jaar zouden de afleveringen, die noodgedwongen worden gepresenteerd door wisselende interviewers, gemiddeld zo’n 244.000 kijkers trekken. Er is iets mis, concluderen kenners in NRC. En zoals wel vaker kan ‘het probleem’ al analyserend worden opknipt in kleine deelproblemen, die allemaal een rol spelen bij de totstandkoming van een slotsom waar iemand zich vroeg of laat zorgen over moet maken.

Ik behoor tot het geslonken groepje kijkers, maar zie geen probleem. Wat ik wel zie zijn goede en minder goede afleveringen, met gasten die soms wel en soms niet uit de schmink komen, soms dankzij of ondanks de interviewer. Dat is niet nieuw, dat was vorige seizoenen ook al zo, hoewel vroeger alles beter heet te zijn. Ik wil stellen dat het wisselende niveau bij Zomergasten hoort, dat daar een belangrijk deel van de spanning in zit. Peter Jan Rens zei het al: 'Doet íe het of doet íe het niet?'

Een van de beste afleveringen die ík heb gezien was die waarin begin deze maand de geprivilegieerde journalist Joris Luyendijk met de Palestijnse fotograaf en documentairemaker Sakir Khader sprak. Het leverde bijna drie uur lang uiterst ongemakkelijke televisie op, vooral omdat Khader een pijnlijk onderwerp – het dramatische lot van zijn volk – onder de aandacht bracht en Luyendijk zich, net als een meerderheid van de Nederlandse politiek, daar geen raad mee wist.

Dat deze uitzending geen miljoen kijkers heeft getrokken, doet niets af aan de kwaliteit van de uitzending. Dat geldt voor meer afleveringen. Geen idee hoeveel mensen de aflevering met schrijver Sana Valiulina hebben bekeken, maar ík vond hem zeer geslaagd, net als die van afgelopen zondag met de vrijgemaakte Liesbeth Zegveld, dit in tegenstelling tot die met, bijvoorbeeld, China-correspondent Garrie van Pinxteren.

Dat oordeel is pas te vellen na afloop. Wegzappen of – lopen is makkelijk, maar ook kinderachtig. De analist in mij roept dat weglopen helemaal van deze tijd is. 'Die vrouw ken ik niet, dus is ze saai.' Waarom je tijd verspillen met iets wat ingewikkeld is terwijl er op datzelfde moment ook heel veel eenvoudige, leuke en zoete alternatieven beschikbaar zijn? Je leeft maar een keer. Weliswaar aan de oppervlakte, daar waar het druk is, maar toch. 

Kijkcijfers zijn belangrijk voor televisiemensen die aan het eind van het seizoen door de leiding van het bedrijf op cijfers worden afgerekend, als kijker heb je er niets aan. Een programma wordt niet beter als veel mensen kijken. Tegelijkertijd wordt een programma ook niet slechter als er minder mensen kijken. Dat geldt niet alleen voor televisie, maar ook voor andere cultuuruitingen. Zorgelijk wordt het als het behalen van goede cijfers (lees: zo groot mogelijke aantallen) een doel op zich wordt. Ik mag hopen dat Zomergasten, en andere programma’s van de publieke omroep, daarvan verschoond blijft.


Strip de BTW

Tom-Janssen Strip de BTW
Het voornemen van de PVV, NSC, VVD en BBB om het btw-percentage op gedrukte media te verhogen leidde enige tijd geleden tot zorgen en ophef. De ophef lijkt wat weggezakt, maar de zorgen bestaan nog steeds. De Nederlandse Vereniging van Journalisten verstuurde donderdag het volgende bericht:

‘Onder de titel ‘Strip de btw’ zijn 33 tekenaars een tekenestafette gestart tegen de aangekondigde btw-verhoging op nieuwsmedia. Tot en met Prinsjesdag op 17 september verschijnt van maandag tot en met zaterdag een nieuwe tekening, illustratie of cartoon over dit onderwerp op stripdebtw.nl, met als doel dit kabinetsplan van tafel te krijgen.

Met de plannen van het kabinet om de btw op kranten en tijdschriften te verhogen worden deze een stuk duurder. Met een duurdere krant hebben minder mensen toegang tot kwalitatief nieuws. Het zorgt voor minder financiële ruimte voor redacties en leidt uiteindelijk tot een verschraling van het nieuwsaanbod.

Is dat erg? Ja! De geschiedenis leert dat een hoge belasting toegang tot kwaliteitsnieuws beperkt, dat het de verbondenheid van mensen met wat er speelt in hun regio verkleint en daarmee de democratie bedreigt.

Iedereen heeft, ongeacht zijn financiële mogelijkheden, het recht om zich goed te informeren. Nieuwsmedia zijn daarvoor onmisbaar. Dus laat van je horen en deel de strip van de dag. #stripdebtw.

#stripdebtw is een initiatief van NDP Nieuwsmedia met steun van Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ)Stichting Pers & Prent en Magazine Media Associatie (MMA).’


In het Museum Reinhard Ernst für abstrakte Künst te Wiesbaden

Museum Reinhard Ernst für abstrakte Künst (c) Reinhard und Sonja Ernst-Stiftung Foto_ Helbig Marburger
Het is dat een krantenadvertentie mij erop attendeerde anders had ik misschien nooit of pas heel veel later vernomen dat in Wiesbaden een museum voor abstracte kunst is geopend. Die opening was in juni, in een nieuw gebouw van de Japanse architect Fumihiko Maki. Ik wilde naar Wiesbaden.

Maki is onder meer bekend omdat hij een van de vier gebouwen heeft ontworpen ter vervanging van de Twin Towers in New York. Veertig jaar geleden sprak hij de wens uit om tien musea te realiseren. Museum Reinhard Ernst für abstrakte Künst is het tiende en laatste. De anderen staan in Japan, China, India, de Verenigde Staten en Canada zo leerde ik op een deeltentoonstelling in het museum te Wiesbaden.

Een museum bouwen voor abstracte kunst is gedurfd, denk ik. Is daar wel publiek voor? Toen ik er was, vorige week, bleek dat in Duitsland het geval, al was het niet heel druk. Enkele tientallen bezoekers, veelal de vijftig gepasseerd, bekeken de opvallend grote werken, veelal schilderijen, van mensen die na 1945, veelal in de Verenigde Staten, ‘op nul’ wilden beginnen om daarna de kunst opnieuw uit te vinden.

Kleur is alles is de titel van de eerste collectiepresentatie. Dat zou zeker waar kunnen zijn, al had de titel Grootte doet ertoe ook gekund. Zelf betrapte ik mij erop dat ik als kunstliefhebber toch iets meer van de ideeën en verhalen ben (geworden). Makers van abstracte kunst doen ook aan ideeën en verhalen, daar niet van, maar wat ze in beginsel doen is iets laten zien. Het vertellen komt later.

1 Spanning (1971) Helen Frankenthaler

Met als gevolg dat veel abstracte kunstwerken zich – althans aan mij – presenteren als een zwart of rood en geel gat waar ik zomaar in kan verdwijnen en geconfronteerd wordt met, eh, mezelf. Dat is heel goed en leerzaam, misschien ook nuttig, maar als ik iets van kunst verlang, meestal, dan is het tegenovergestelde. Nu ik dit schrijf bedenk ik mij meteen dat ik daar soms ook heel anders over kan denken.

De meeste namen en titels in het museum, die heel origineel op de vloer zijn aangebracht, deden ondertussen geen bel rinkelen: Hans Hartung, Judit Reigl, Tōkō Shinoda, K.O. Götz, Pierre Soulages, Fred Thieler, Morris Louis, Friedel Dzubass, Ernst Wilhelm Nay. Alleen Helen Frankenthaler kwam mij vagelijk bekend voor, al wist ik niet meer waarvan. Was het van een schilderij met kleur en een nauwelijks te definiëren compositie?

Frank Stella kende ik wel, ook omdat hij eerder dit jaar is overleden. Van zijn hand werden in Wiesbaden wandsculpturen getoond uit een reeks die is geïnspireerd op hoofdstukken van Herman Melville’s Moby Dick. Tony Cragg kende ik ook, vooral van mijn bezoek eerder die week aan Skulpturenpark Waldfrieden in Wuppertal. Daarover later wellicht meer, misschien ook niet, ik ben hier niemand iets verplicht.

1 Accumulatian Renault (1969) Arman

Opdrachtgever voor de bouw van het museum is de stichting Reinhard en Sonja Ernst. Reinhard Ernst heeft zijn geld verdiend als fabrikant van precisietandwielen. Nu viel het mij op dat Accumulatian Renault van een kunstenaar genaamd Arman uit 1969 op het moment van mijn bezoek het meest populaire kunstwerk was: een verzameling industriële verbindingsplaatjes afgaand de titel afkomstig uit de Renault-fabrieken.

Toen ik ergens las dat Reinhard Ernst de basis voor zijn fortuin heeft gelegd als fabrikant van precisietandwielen kwam het mij voor als een volstrekt logische aankoop. Een verbindingsplaatje is net zo goed een cruciale schakel die iets bijzonders in gang zet en mogelijk maakt.


En ik zag een engel afkomen uit den hemel, hebbende den sleutel des afgronds

Openbaring 20
En ik zag een engel afkomen uit den hemel, hebbende den sleutel des afgronds, en een grote keten in zijn hand;

En hij greep den draak, de oude slang, welke is de duivel en satanas, en bond hem duizend jaren;

En wierp hem in den afgrond, en sloot hem daarin, en verzegelde dien boven hem, opdat hij de volken niet meer verleiden zou, totdat de duizend jaren zouden geëindigd zijn. En daarna moet hij een kleinen tijd ontbonden worden.

En ik zag tronen, en zij zaten op dezelve; en het oordeel werd hun gegeven; en ik zag de zielen dergenen, die onthoofd waren om de getuigenis van Jezus, en om het Woord Gods, en die het beest, en deszelfs beeld niet aangebeden hadden, en die het merkteken niet ontvangen hadden aan hun voorhoofd en aan hun hand; en zij leefden en heersten als koningen met Christus, de duizend jaren.

Maar de overigen der doden werden niet weder levend, totdat de duizend jaren geëindigd waren. Deze is de eerste opstanding.

Zalig en heilig is hij, die deel heeft in de eerste opstanding; over deze heeft de tweede dood geen macht, maar zij zullen priesters van God en Christus zijn, en zij zullen met Hem als koningen heersen duizend jaren.

En wanneer de duizend jaren zullen geëindigd zijn, zal de satanas uit zijn gevangenis ontbonden worden.

En hij zal uitgaan om de volken te verleiden, die in de vier hoeken der aarde zijn, den Gog en den Magog, om hen te vergaderen tot den krijg; welker getal is als het zand aan de zee.

En zij zijn opgekomen op de breedte der aarde, en omringden de legerplaats der heiligen, en de geliefde stad; en er kwam vuur neder van God uit den hemel, en heeft hen verslonden.

En de duivel, die hen verleidde, werd geworpen in den poel des vuurs en sulfers, alwaar het beest en de valse profeet zijn; en zij zullen gepijnigd worden dag en nacht in alle eeuwigheid.

En ik zag een groten witten troon, en Dengene, Die daarop zat, van Wiens aangezicht de aarde en de hemel wegvloden, en geen plaats is voor die gevonden.

En ik zag de doden, klein en groot, staande voor God; en de boeken werden geopend; en een ander boek werd geopend, dat des levens is; en de doden werden geoordeeld uit hetgeen in de boeken geschreven was, naar hun werken.

En de zee gaf de doden, die in haar waren; en de dood en de hel gaven de doden, die in hen waren; en zij werden geoordeeld, een iegelijk naar hun werken.

En de dood en de hel werden geworpen in den poel des vuurs; dit is de tweede dood.

En zo iemand niet gevonden werd geschreven in het boek des levens, die werd geworpen in den poel des vuurs.

Uit: Nieuwe Testament, Openbaring 20, Statenvertaling


Nu SOS van Peter Veen in de Rensenhut, straks Fluisteraars van Loes Heebink bij Open stal

Beeld SOS_PeterVeen_Rensenhut
Bezoekers van Open Stal kunnen deze maand zijn stem horen in de Bonifatiuskerk in Oldeberkoop dankzij de soundscape Wakker die hij met Wijnand Bredewold maakte. In het Rensenpark in Emmen klinkt tot en met 18 augustus vanuit de Rensenhut (foto) het geluidskunstwerk SOS van Peter Veen. Uit het persbericht:

‘De soundscape SOS is gemaakt met de zang en de waarschuwings­roep van vogelsoorten die op de rode lijst staan. De compositie duurt ongeveer 5 minuten en blijft zichzelf herhalen. De basis is de morsecode SOS: 3x kort, 3x lang, 3x kort.

De vogels in het koor zijn: snor, roerdomp, buidelmees, grote lijster, raaf, mus, nachtegaal, kramsvogel, veldleeuwerik, koekoek, zwarte mees, wielewaal, kerkuil, kneu, noordse stern. De solo’s zijn van de nachtegaal en de kneu. De roerdomp is de bas.

De soundscape SOS is een alarmroep als het gaat om de vogelstand. Van de broedvogels in Nederland neemt ruim veertig procent in aantal af. Daarbij staan in ons land maar liefst 87 vogelsoorten op de rode lijst. De complete rode lijst en wat iemand zelf kan doen, is te lezen op de website vogelbescherming.nl.’

SOS, eerder te beluisteren tijdens Kijken dan zien in Veenhuizen, is de derde presentatie van leden van kunstenaarsgroep Kuunst.nu in de Rensenhut. Eerder streek Loes Heebink in de hut neer, daarna volgde Nicoline Goris. Op 16 augustus wordt overigens tijdens Open Stal in Oldeberkoop de eerder hier besproken, door Heebink geïnitieerde film Fluisteraars vertoond.


Een kijkje in Nieuw-Schoonebeek, waar iets meer verbinding geen kwaad kan

1 Grensloos Grensland Nieuw Schoonebeek
In Nieuw-Schoonebeek is een stichting opgericht, stichting Grensloos, die nieuwe verbindingen tot stand wil brengen tussen dorpsbewoners. Het begeleidende persbericht opent als volgt:

‘Stel je woont in een dorp aan de Duitse grens. Je ziet dat er steeds meer voorzieningen verdwijnen en dat steeds meer mensen in je omgeving het vertrouwen in de politiek en de media kwijtraken. Kun je daar dan iets aan doen?’

Oprichter Tanja Schepers bedacht drie thema’s om dorpsbewoners uit te dagen opnieuw naar hun dorp te kijken: verleden, heden en toekomst.

2 Grensloos Grensland Nieuw Schoonebeek

Zeer concreet onderdeel van het (eerste) project gaat over het heden en is een uitnodiging aan dorpelingen om foto’s te maken onder leiding van een professioneel fotograaf. Van de resultaten is een openluchttentoonstelling gemaakt die tot en met 18 augustus is te bekijken in het dorpshart.

Voor het onderdeel verleden zijn oudere inwoners geïnterviewd door initiatiefnemer Schepers en hebben fotografen Iris Sijbom en Soraya Braker bewoners van woonzorgcentrum De Zwarte Racker en dagcentrum De Beek geportretteerd.

Erg leuk onderdeel gaat over de toekomst en is een tien minuten durende podcast waarin schoolkinderen vertellen over uitvindingen en wat er zoal toekomst mogelijk zal zijn. Ze blijken geïnteresseerd te zijn in vervoer, zoals auto’s die als raketten naar Mars kunnen en een horloge waarmee je kunt teleporteren, maar ook in robots die zorg overnemen of waarmee je kunt sporten.

Mooi, mooi en nog mooier.

Toen ik onlangs de openluchttentoonstelling ging bekijken, vond ik het eerlijk gezegd nogal meevallen met de voorzieningen in Nieuw-Schoonebeek. Zelfs jeugdsoos Rumah Pemuda bleek nog te bestaan. Van eerdere omzwervingen had ik onthouden dat het dorp over de beste minibieb van de gemeente Emmen beschikt.

3 Grensloos Grensland Nieuw Schoonebeek

Tegenover het veldje met de foto’s zag ik nu Haarstudio Rozeman en even verderop Back 2 Motion Fysiotherapie. In het veldje zelf was een reusachtige banner te zien met de aankondiging van een tweedaags muziekfestival in september, Folk an de gruppe. Niet ver daarvan verwijderd is museum Janning gevestigd, gespecialiseerd in religieuze kunst.

Dankzij Dagblad van het Noorden wist ik niet toevallig dat het dorp een nieuw horecabedrijf rijker is, op een voor dorpelingen vertrouwde plek: ‘Nog deze zomer openen Harald Ahlers (47) en Francisca Warners (49) de deuren van De Markies.’ En dankzij RTV Drenthe weet ik dat Nieuw-Schoonebeek een nieuw gebouw krijgt voor de basisschool, net als het nabijgelegen dorp Weiteveen.

Nee dan Duitsland. Even over de grens, vlak voor het dorp Twist staat een bord met de ronduit alarmerende tekst 'Wenn die Schule stirbt, stirbt das Dorf'. Daar is iets aan de hand.

Onderzoek op internet leert mij wel dat het stembedrag in Nieuw-Schoonebeek flink te wensen overlaat. Dat wil zeggen: als je zoals ik van mening bent dat mensen het beste op een middenpartij kunnen stemmen. Want wie in het midden zit kan twee kanten op en daardoor beter verbinden. In een uithoek gaat dat niet. Zie hier.

Kortom, Tanja Schepers en haar stichting Grensloos zijn nog niet klaar met Nieuw-Schoonbeek.


Met Jacques d'Ancona in de kast

Jacques bij het Nieuwsblad
Ook ik stond maandag langs de laatste route die Jacques d’Ancona door Groningen aflegde. Niet bij het sportpark van Be Quick aan de Rijksstraatweg, niet bij de redactie van Dagblad van het Noorden aan de Lubeckweg, niet bij de Stadsschouwburg, maar aan het Gedempte Zuiderdiep ter hoogte van het voormalige kantoor van Nieuwsblad van het Noorden. Zeker op droeve dagen is een mooi uitzicht veel waard.

Later die middag hoorde ik Eric Nederkoorn tijdens de finale afscheidsbijeenkomst in Martiniplaza op bewonderenswaardig  vermakelijk wijze vertellen dat Jacques 67 jaar (!) voor de krant heeft gewerkt en hoe hij zich aan het Zuiderdiep heeft gedragen. Het deed hem, Nederkoorn, denken aan een krankzinnigengesticht.

“Op de stadsredactie trok iemand een blad van een vingerplant over zijn hoofd om tussen de deadlines door zijn roes uit te slapen. Iets verderop lag een andere redacteur over zijn bureau gebogen zijn bijkluswerk als masseur van de avond ervoor te verwerken. Jacques d’Ancona en zijn collega Ger van Gelder voerden geregeld een luidruchtige sketch op met Jiddisch accent a la Max Tailleur. Of ze deden samen een rondje Snip en Snap.”

Ik zag het helemaal voor me, ook al heb ik nooit een dag aan het Zuiderdiep gewerkt. Ik ken Jacques alleen van zijn optredens aan de Lubeckweg, tegenwoordig het Dagblad-pand, waar hij ons steevast begroette met de aanhef ‘Hallo familie!’.

Wat mij aan de Lubeckweg opviel, was van een andere orde. Het ging er steeds zakelijker aan toe. De oprukkende efficiency werkte de gulle lach met doelgerichte duwtjes het pand uit.

Jacques was niet alleen heel goed in wat hij deed, vooral als theaterrecensent, hij was ook een beetje verwend. Dat kon je hem niet echt kwalijk nemen. Hij had de bedrijfseconomische bloei van de krant mede mogelijk gemaakt, de beroemde tijd dat het geld door de ramen naar binnen waaide en daarna tegen de plinten op klotste. Het tijdperk ook met personeel voor ieder denkbaar klusje.

Toen ik Jacques leerde kennen, aan de Lubeckweg dus, was die tijd op zijn retour. Het geld waaide nu uit het raam en soms vloog het personeel er achteraan. De intikdame verdween, het redactie-archief verdween, de beeldredactie werd gedecimeerd, net als de afdeling vormgeving, het aantal systeemredacteuren nam af, het redactiesecretariaat kromp, de automaat met slaatjes en cola verdween, de receptie verdween, resterende afdelingen werden samengevoegd, interne verhuizingen volgden.

Maar Jacques bleef, hoewel gepensioneerd. En nog mooier: hij gedroeg zich alsof de gouden jaren konden terugkeren als je maar bleef doen waarin je geloofde en waar je voor stond: kritische journalistiek die mensen niet naar de mond praat, maar zegt waar het op staat en de (podium)kunsten serieus neemt.

Veel van het ondersteunend personeel was inmiddels verdwenen, dat wist Jacques ook wel. Daarom klopte hij steeds vaker aan bij resterende collega’s om de steeds complexere klusjes gedaan te krijgen die ‘we’ door de krimpende markt voortaan zelf moest doen. Met name het redactiesecretariaat heeft bergen werk voor hem verzet. Met alle liefde, vermoed ik. Want zo zijn ze daar.

Doordat we als redactie steeds kleiner kwamen te wonen, belandde ik samen met Jacques in een kast. De bovenste planken mocht ik vullen met boeken, de onderste plank was bestemd voor Jacques’ verzameling folders van musicals. Totdat ook die kast verdween en ons gedeelde lot uit elkaar werd gescheurd. (Over digitalisering en ontlezing worden verschrikkelijke verhalen verteld, maar de meeste mensen weten niet half hoe erg de werkelijkheid is.)

Waar ik dankzij mijn vaste dienstverband een andere kast wist te bemachtigen, belandde Jacques als medewerker uiteindelijk ergens in een la. De oneindig nieuwsgierige Nederkoorn onthulde maandag wat hij in zo’n la werd bewaarde: een doosje sigaartjes om stiekem te roken met daarnaast gevulde koeken voor als hij weer eens geen tijd had genomen een fatsoenlijke maaltijd te eten.

Over de verzameling folders, bijna allemaal in elkaar gezet door Joop van den Ende, gladgestreken door Albert Verlinde en van nietjes voorzien door Erwin van Lambaart, zweeg Nederkoorn. Hij was in Martiniplaza de hem door Monuta toegestane spreektijd al ver gepasseerd en moest nog aan zijn lof, eerbied en bewondering beginnen.      

Een week geleden hoorde ik dat Jacques aan de Lubeckweg op zijn laatste dag een envelop had laten bezorgen bij het redactiesecretariaat. Inhoud: zijn deurpas en een brief met dankzegging voor alles en als laatste het verzoek zijn computer op te schonen en de rest van zijn spullen weg te gooien. 


Hoe Jan Hesselink dankzij Gert Sennema langzaam in een beuk verandert

Jan Hesselink 2010  Gert Sennema
Het is (vrijwel) altijd weer fijn om Open Stal in Oldeberkoop te bezoeken, de vermoedelijk langst bestaande kunstroute van Nederland. Al was het maar om te zien hoe het portret zich ontwikkelt dat Gert Sennema in een beukenboom in het Molenbosch heeft gesneden.

Sennema deed dat in 2010. Ik kan mij niet meer herinneren dat ik er toen bij was, toch heb ik een foto gevonden waarop een eerste schets is te zien. In het archief van Dagblad van het Noorden heb ik een klein stukje aangetroffen met een foto waarop Hesselink poseert bij de boom.

De in 1941 in Neede (Gld.) geboren Hesselink, in 2022 is hij overleden, was een bekende inwoner van Oldeberkoop. Niet alleen bekleedde hij als agrariër functies in verschillende besturen, hij was ook betrokken bij de aankoop van het Molenbosch en bij de bouw van het deels naar hem vernoemde multifunctionele centrum Mejander. Tijdens open Stal zijn daar kunstwerken te zien.

Hierboven een foto van Hesselink met boomportret uit 2010, zoals aangetroffen in het beeldarchief van Dagblad van het Noorden. Hieronder wat er daarna gebeurde.

2010 Gert Sennema

2010

2014 Gert Sennema

2014

2016 Gert Sennema

2016

2019 Gert Sennema

2019

2022 Gert Sennema

2022

2024 Gert Sennema

2024