Nieuw in het Drents Museum: Drentstalige poëzie terwijl u poept

Poezie terwijl u poept
Het Drents Museum heeft een ingrijpende verandering ondergaan. Vanaf zaterdag is te zien dat de collectie op een nieuwe manier wordt gepresenteerd. Dat gebeurt onder een nieuwe naam, Labyrinthia. Ik mocht samen met Dagblad van het Noorden-collega Job van Schaik donderdag een kijkje nemen.

Een van de onderdelen van de nieuwe collectiepresentatie, die samen met een renovatie en verduurzaming dertien miljoen euro heeft gekost, is een verdere verDrentsing van het museum. Daarbij wordt Drenthe nadrukkelijk neergezet als een landsdeel dat in sommige opzichten voorop heeft gelopen in wat nu Nederland wordt genoemd.

Zo worden de hunebedden gepresenteerd als bewijs van vroege beschaving toen het latere Holland nog tot voorbij de knieën in de modder rommelde. Ook opvallend: een zaal waarin de turfafgravingen in Zuidoost-Drenthe nu eens niet als periode van bittere armoede worden getoond, maar als belangwekkende industriële ontwikkeling.

De toiletten zijn eveneens in de operatie meegenomen. Op de binnenkant van de deuren van ‘t huussie zijn Drentstalige gedichten van onder anderen Ton Peters, Dick Blancke, Peter van der Velde en Roel Reijntjes aangebracht; voor bijgaande foto heb ik de deuren even opengezet. Ze zijn het best te lezen als je op de pot gaat zitten. Poëzie terwijl u poept. Of plast, want dat kan ook zittend.


‘De liefde voor drie sinaasappels van Prokofjev legde de basis voor het moderne Emmen’

Sergej Prokofjev
Toch nog iets over het congres van Architectuurpunt Drenthe, onlangs in Emmen. Omdat er iets werd gezegd over de invloed van klassieke muziek op de stedenbouwkundige ontwikkeling van Emmen.

Niet alleen Peter Middendorp, ook WimJoost Licht was uitgenodigd om te spreken, in zijn geval over verleden en toekomst van de gemeente waar hij ooit directeur stadsontwikkeling was. Omdat die toekomst onzeker is, wat alle deskundigen ook beloven, beperk ik mij hier kort tot wat hij vertelde over het verleden. Opdat het niet verloren gaat:

“Na de Tweede Wereldoorlog telde Emmen zo’n 9000 inwoners. Het grootste deel woonde in de buitengebieden, in de kernen en langs de kanalen. De situatie was echt ernstig, in de zin dat duizenden mensen in krotwoningen leefden en zelfs als het geen krotwoningen waren, was het toch heel armoedig – het heeft heel lang geduurd voor de woningen aangesloten waren op het riool. Het was een vrij hopeloze situatie.

Veel mensen waren laag opgeleid of niet opgeleid, er was veel ongeletterdheid, mensen waren veelal werkeloos en voor hun inkomen afhankelijk van steun. Emmen was een van de regio’s die helaas, maar ook gelukkig, door de rijksoverheid werd aangewezen als hulp-regio. Industrieën die zich wilden vestigen, werden ondersteund. Er werden extra middelen, waaronder Marshall-hulp, beschikbaar gesteld om de ontwikkeling ter hand te nemen.

Als het mede na een busreis naar Denemarken gelukt is om de Danlon-fabriek naar Emmen te halen, wordt al voor 1950 gekozen om van Emmen een moderne stad te maken met goede woningen en voorzieningen voor fabrieksarbeiders en het kader dat nodig is. Emmen was een mooi dorp. De fabrieksdirecties die kwamen kijken leek het geen goed idee om het personeel in de Veenkoloniën te laten worden.

Die opgave ging de gemeente te boven: er moest een stedenbouwkundige afdeling komen. Burgemeester Dick Gaarlandt haalde daarvoor jonge stedenbouwkundigen uit het westen, uit Rotterdam, Amsterdam en Friesland. Niek de Boer, Thom Strikwerda en André de Jong waagden de sprong in het donker. Ze werden gehuisvest in barakken en gingen samen met architecten als Jan Sterenberg en Arno Nicolai werken aan de toekomst van de stad.

De eerste vernieuwende experimenten werden gebouwd in Emmermeer met als uitgangspunt betaalbare, moderne woningen met respect voor het landschap en bestaande cultuur. Het werd een succes, althans in de ogen van het gemeentebestuur, want de mensen die er al woonden vonden het maar moderniteit. Op basis van de ervaringen van Emmermeer werd de verdere stadsuitbreiding ter hand genomen.

U moet zich voorstellen: een jonge groep mensen met overwegend socialistisch achtergrond ging aan de slag met een visie op de toekomstige stad. Daarbij maakten ze gebruik van de grondbeginselen van Bauhaus, het Nieuwe Bouwen en de wijkgedachte van Clarence Perry. Er werden reizen ondernomen naar voorbeelden in Engeland, Scandinavië en Duitsland.”

En toen vertelde WimJoost Licht dit:  

“Weinig mensen weten dat muziek een belangrijke rol speelde in de toekomst van de stad. Zo was de marsmelodie uit de satirische opera De liefde voor drie sinaasappels van Russische componist Sergej Prokofjev de inspiratie voor de gedachte dat Emmen drie keer drie wijken moest gaan tellen: negen wijken. Het is nooit opgeschreven, maar volgens André de Jong was dat oorsprong van de structuurvisie.”

En tot slot dit:

“Tekenend voor de pionierstijd was dat rond 1960 grote orkesten naar Emmen kwamen, zoals de Berliner Philharmoniker, dat optrad in zaal Grimme aan de Markt. Het was een tijd van hoop en enthousiasme en veel internationale aandacht voor wat hier gebeurde.”

Bij deze is het vastgelegd.


Peter Middendorp terug naar Emmen, wat zou daar voor nodig zijn?

T Appeltje Emmerdennen
Architectuurpunt Drenthe stuurde een uitnodiging voor een dag over ‘de toekomst van Emmen vooral op ruimtelijk gebied’. Met in een moeite door de vraag of ik bij die gelegenheid, 4 oktober, schrijver Peter Middendorp wilde interviewen.

Waarover zou dat interview dan moeten gaan, reageerde ik geïnteresseerd. Daarop werd mij een van zijn geraffineerde columns uit de Volkskrant toegestuurd. Het was de aflevering waarin hij iets had geschreven naar aanleiding van een koninklijk bezoek aan Zeeland toen boeren was gevraagd even geen mest uit te rijden.

Het Architectuurpunt bleek vooral enthousiast over de volgende passage:

‘Bereikbaarheid is iets van vroeger, ouderwets. Nog even en de helft van de beroepsbevolking werkt thuis, en dan zit je daar mooi met je bereikbaarheid opgescheept, met miljoenen in een woestijn van asfalt en steen.

In de regio zijn ze druk met groot gevonden worden, en daardoor vergeten ze weleens dat ze er op een goudmijn zitten, met name in het Noorden. Rust, ruimte, groen en vooral koelte, zijn de schaarse goederen van onze tijd, daar zorgt de opwarming wel voor.’

Mijn contactpersoon bij het punt vergeleek deze woorden met het projectplan dat voor de dag over de toekomst was geschreven en kwam terzake: ‘Het idee is om Peter aan de tand te voelen over wat er zou moeten gebeuren in Emmen om hem te laten terugkeren.’

Peter Middendorp terug naar Emmen, wat zou daar voor nodig zijn? Een voetbalclub op eredivisie-niveau? Een verbouwing van winkelcentrum De Weiert waardoor het Mondriaanplein op de Vismarkt lijkt? Een maandelijkse toelage afkomstig uit het Eric van Oosterhout-fonds voor scheppende kunstenaars? Een ontherseningsmachine zoals ooit bedacht door Alfred Jarry? Een onder architectuur getimmerd schrijfhuisje in de Emmerdennen met zicht op ’t Appeltje? Een sprong terug naar de tijd toen iedereen er nog was?

Vrijdag ga ik het hem vragen in het Atlas theater. 


Groot nieuws voor u: volgend jaar weer Promising Crossroads

1 DeWolff Promising Crossroads
Het is alweer een paar dagen geleden, maar toch gebeurd: festival Promising Crossroads in Assen. Ik was naar DNK gereisd om in het bijzijn van publiek Jan Donkers en Maarten Zwiers te interviewen over hun fascinatie voor de cultuur van de Verenigde Staten en kon daarna dankzij mijn gele polsbandje nog wat van de concerten meepikken.

Zoals van DeWolff, een band waarvan ik met mijn gebrekkige kennis dacht dat het een trio was. In Assen waren ze komen opdagen met een bassist en twee slecht verstaanbare achtergrondzangeres. Jammer? Ach, ik vermaakte mij met zanger-gitarist Pablo van de Poel. Hij viel op door een pose die vanuit de verte gezien aan een televisiedominee deed denken.

Misschien hoort het bij zijn vaste act. Misschien heeft hij het afgekeken van wat hij tijdens recente plaatopnamen in Muscle Shoals, Alabama heeft geleerd. Het kan ook in de mode zijn. Nick Cave maakt naar ik begrijp momenteel ook al furore als preacherman.

Niemand gaat meer naar de kerk, in de concertzalen wordt het hoogste Woord verkondigd. Hallelujah.

Wat ik nog meer zag: Hannah Mae met Rowdy Prins, een zanger-gitarist die zich Christopher Paul Stelling noemt en de Hilde Vos Band. Zangeres Vos maakte zich bij mij geliefd door haar weigering het podium te verlaten. Ze had te weinig speeltijd gekregen, klaagde ze. That’s the spirit, zou een voorman zijn gehoor toekrijsen.

Volgens de organisatie waren zo’n 647 mensen naar DNK gekomen. Prompt maakte diezelfde organisatie bekend dat ze volgend jaar opnieuw een Promising Crossroads willen organiseren. Dan met Ted Nugent? Of valt dat niet onder de Americana?


Een poging het oprukkende leger tegen te houden. Te beginnen in Drenthe

Shipbuiling Robert Wyatt
In Dagblad van het Noorden staat vandaag een hoofdredactioneel commentaar over de roep om meer ruimte voor munitiedepots, oefenterreinen en gevechtsvliegtuigen. Het is ook te lezen als een pleidooi voor meer ruimte voor het leger in Noord-Nederland.

Dat dit onderwerp actueel en urgent is, mag duidelijk zijn. Tal van deskundigen, vooral het deel dat is geïnteresseerd in geopolitiek, de voorstanders van grote gebaren over de hoofden van kleine mensen heen, zeggen dat meer defensie noodzakelijk en onvermijdelijk is geworden.

In het commentaar formuleert Laura Popken het zo: ‘De tijd van onbezorgdheid is voorbij. Ook voor Nederland is het, als lid van de NAVO, tijd om zich voor te bereiden op een eventuele oorlog. Een dreiging die inmiddels niet meer zo’n ver-van-het-bedshow is. De oorlog in Oekraïne is nog altijd gaande en in het Midden-Oosten voeren Israël, Gaza en Libanon de spanning flink op.’

Even los van het gegeven dat Gaza inmiddels is vernietigd, valt het lastig te ontkennen. En inderdaad, verschillende Drentse commissarissen van de koning hebben de afgelopen jaren meermaals in Den Haag gelobbyd om de kazerne in Assen open te houden. Vanwege de werkgelegenheid, om economische reden. Nu ineens doen alsof dat leger niet welkom is, zou dubbelhartig zijn.

Na lezing zette ik Shipbuilding van Elvis Costello op, gezongen door Robert Wyatt met ijle stem : ‘Is it worth it?/ A new winter coat, and shoes for the wife/ And a bicycle on the boy’s birthday// It's just a rumor that was spread around town/ By the women and children/ Soon we'll be shipbuilding’

Mijn argumenten zijn geen winnende argumenten. Toch mogen ze genoemd, gelezen en gehoord worden, zelfs als ze zijn verpakt als vragen. Zoals: Wat is er straks over van Drenthe als provincie met rust en ruimte? Zoals: Waarom zou je niet tegen het oprukkende leger mogen zijn? En vooral: waarom krijgt de vrede geen stem? 

Wat opvalt in de discussie die nauwelijks een discussie mag heten, is hoe snel de frase Not in my backyard van stal wordt gehaald. Niet zeuren, dit is het echte werk. Maak ruim baan voor de tanks en de vliegtuigen. Mondje dicht, laat onze jongens marcheren.

Met een paar pennenvegen wordt een decennialange geschiedenis doorgestreept waarin mensen zich hebben ingezet vóór leegte, vóór stilte, vóór natuur, vóór de ontwapening. Die mensen hebben ook recht van spreken.

Veiligheid voorop, ja. Maar het geeft geen pas om mensen die opkomen voor andere waarden dan geweld weg te zetten als types die alleen geïnteresseerd zijn in eigen huis en haard. Het geeft ook geen pas om van diezelfde mensen alternatieve locaties te vragen - zo groot is de Flevopolder niet. Het is raar dat je wordt geacht een probleem op te lossen dat je zelf niet hebt veroorzaakt.

Bovenal is het nooit naïef om voor vrede te pleiten. Vladimir Putin mag dan een op feiten gebaseerde bloeddorstige reputatie hebben, een grote meerderheid van de bevolking van Rusland wil volgens mijn bron in de buurt van het Kremlin – slechts 2300 kilometer van hier – met rust gelaten worden. Het zijn in dat opzicht net Oekraïners.

Benjamin Netanyahu mag dan voor alles en iedereen doof zijn, behalve voor jachtvliegtuigen die door de geluidsbarrière knallen en niet te vergeten de allesbehalve precisie-bombardementen. Het verplicht Nederland allerminst tot het leveren van onderdelen om het bombarderen van niet-Israëlisch grondgebied mogelijk te maken en soepel te laten verlopen.

Nou ja, zo dus. Oorlog kent alleen verliezers. Nog maar een stukje Elvis Costello, met nog steeds die stem van Robert Wyatt: ‘With all the will in the world/ Diving for dear life/ When we could be diving for pearls’.


Promising Crossroads, oftewel hoe de amerikanisering Assen in een greep kreeg

Promising Crossroads 2024
In 1998, 26 jaar geleden, werd in Assen de eerste editie van TakeRoot gehouden, een festival met een muziekprogrammering die tegenwoordig Americana wordt genoemd. In 2006 was het evenement zo groot geworden dat de Drentse hoofdstad werd verruild voor Groningen. Deze week keren de makers van TakeRoot terug in Assen met een nieuw festival: Promising Crossroads.

Op de flyers die afgelopen maanden zijn verspreid wordt melding gemaakt van een ‘special Americana celebration’ van ‘southern sound played in the Dutch north’. Op het programma staan optredens van DeWolff, Cordovas, Them Dirty Dimes, Sunken Lands, Hilde Vos Band, Christopher Paul Stelling, Charlie Parr, Voodoo Patrol Club en Hannah Mae.

In de ‘scene’ zijn het vermoedelijk allemaal bekende bands en artiesten. Mij zegt het nagenoeg niets, DeWolff en Hannah Mae uitgezonderd.

Desondanks ga ik er heen. Omdat ik in een zaaltje van DNK voor publiek de Amerika-deskundigen Jan Donkers en Maarten Zwiers mag interviewen over hun – dixit de organisatie –  ‘fascinatie voor de Verenigde Staten, het literaire werk daarover en natuurlijk de aanstaande presidentiële verkiezingen’.

Journalist en radiomaker Donkers (Amsterdam, 1943) is iemand die al jaren zijn liefde voor Amerikaanse muziek verspreid, eerst in tijdschriften en kranten, later via radio en boeken. Voor zijn betrokkenheid bij TakeRoot werd hij onderscheiden met de titel Voice of Amerika.

Zwiers (Hollandscheveld, 1979) studeerde in Groningen Amerikaanse cultuur en geschiedenis en weet veel van de culturele overeenkomsten en verschillen tussen het platteland in de Verenigde Staten en die in Noord-Nederland.

Omdat ik vrijdag beide mannen uitgebreid aan het woord wil laten, grijp ik deze gelegenheid aan hier om te vertellen dat ík tot de school behoor die de Amerikaanse cultuur nogal opdringerig vind. Om die reden ben ik voornemens mijn scepsis als nieuwsgierigheid te verpakken met als centrale vraag of het wel zo goed is dat in Assen en omstreken de amerikanisering zo om zich heen heeft kunnen grijpen.

Voor meer over Promising Crossroads, inclusief kaarten. zie daar.


Bij Daryll-Ann in de Vegafabriek te Kolderveen

Daryll-Ann Vegafabriek Kolderveen
Daryll-Ann speelde zaterdag in de Vegafabriek in Kolderveen. Is dat bijzonder? Misschien niet. Een week eerder verzorgde de gitaarband een optreden in Zwolle. Ook nu betrof het een try-out voor een comeback-tour die vanaf oktober door het land voert.

Eerder deze maand verscheen na een jarenlange stilte weer een album, Spring. De band klinkt daarop als vanouds, las ik ergens. Bij beluistering hoorde ik liedjes met meeslepende gitaarmelodieën, zang in mineur, af en toe tweestemmig, onvoorspelbare uitingen van melancholie. Een vertrouwd fijn geluid waar geen sleet op zit.

Het optreden in Kolderveen trok behoorlijk publiek. Mijn auto werd bijna voor de deur door een verkeersregelaar met een glimlach teruggestuurd naar Nijeveen, waarna ik tien minuten mocht lopen vanaf parkeerplaats 2. Had ik maar eerder moeten komen. Je kunt ook eten in de Vegafabriek. Ze hebben het daar goed voor elkaar.

Volgens mij was het concert niet compleet uitverkocht. Voorin kon je nog prima staan en was het geluid het beste. De meeste bezoekers stonden achterin de voormalige kaasfabriek, vooral het lange volk. Achter mij dus. Dank daarvoor.

Wat mij opviel aan het optreden was de set-opbouw. Ik zou het een doordachte afwisseling willen noemen van oud en nieuw werk. Al luisterend bekroop mij het gevoel dat het nieuwe werk net zo goed is als het oude. Dat moet natuurlijk nog maar blijken, maar slim is het alvast wel.

Dit is stukje overigens geen recensie. Recensies passen niet bij try-outs. Een try-out is een poging erachter te komen of een plan ook in de praktijk werkt. Dit stukje is een persoonlijke poging achteraf woorden te vinden voor wat ter plekke werd ervaren.

Het was nog niet wat het wezen moet. “Ik vind de sfeer een beetje gelaten”, klaagde zanger en gitarist Jelle Paulusma vanaf het podium. “Die zou feestelijk moet zijn.” Wat niet meehielp was dat de bandleden zelf niet de indruk wekten plezier te beleven aan het optreden. Vijf mannen op een rij, nauwelijks onderlinge chemie.

Inderdaad, dat was vroeger ook al zo. Daryll-Ann is nog steeds een frontman-loze, anti-charismatische band. Maar nog steeds geldt: waarom zou het van één kant moet komen? Aan het einde van het optreden, na anderhalf uur, probeerde Paulusma het publiek zover te krijgen Lang zal ze leven te zingen. Dat lukt maar matig. De eerste toegift, Stay, maakte beduidend meer enthousiasme los.

Toen zag ik zelfs iemand een luchtgitaar tevoorschijn toveren. Eindelijk.


Nog net geen herfst

Voor eeuwig gelukkig
Twee mannen aan de deur, keurig gekleed, met aktetassen. Ze wensen mij een goede morgen. Een van hen ruikt licht geparfumeerd en neemt in gebroken Nederlands het woord. De toon is vriendelijk, maar de woorden klinken bezorgd. Of ik ook van mening ben dat het slecht gaat in de wereld. Israël, Oekraïne, oorlogen, het klimaat.

In een moeite door begint de man over de Bijbel, waarin alles wat ons nu overkomt beschreven staat. Hij vertelt over het einde der tijden, over Jezus en over het koninkrijk Gods, dat in de Bijbel wordt beloofd en we hard nodig hebben. De man vraagt hoe ik daar naar kijk.

Dat er te veel oorlogen zijn, kan ik niet ontkennen. En als je de kranten leest en naar televisie kijkt, ziet het er op dit moment inderdaad niet goed uit. Ik beweer dat ik niet in de toekomst kan kijken, dat het zomaar kan zijn dat het hierna weer beter wordt. Blijkbaar ben ik in een goede bui.

De geparfumeerde man begint opnieuw over de Bijbel en wat daar allemaal voor nuttige informatie in staat, voorspellingen ook. Hij citeert Timotheüs: ‘Weet dat in de laatste dagen zware tijden zullen aanbreken. Want de mensen zullen liefhebbers zijn van zichzelf, geldzuchtig, grootsprekers, hoogmoedig, lasteraars, hun ouders ongehoorzaam, ondankbaar, onheilig, onverzoenlijk, kwaadsprekers, onmatig, wreed.’

Er wonen bijna acht miljard mensen op aarde, zeg ik. Van dat aantal willen 7,5 miljard mensen in vrede leven. De meeste mensen willen het goede, werp ik tegen.

De geparfumeerde man begint nu over Mattheüs. Die schreef dat het ene volk tegen het andere volk zal opstaan, dat er hongersnoden en aardbevingen zullen zijn. Het is allemaal uitgekomen, zegt de man. Wat in de Bijbel staat, is waar.

Ik kijk over de hoofden van het duo de straat in. Het is prachtig weer, bijna windstil, de temperatuur voelt aangenaam.

Jullie zijn hier gekomen op een mooie dag, zeg ik. Het is nog zomer, nog net geen herfst. Straks gaat het misschien waaien en regenen en dan pas vallen alle bladeren. Daarna wordt vermoedelijk het winter, kil en grijs. Maar dan, dan wordt het opnieuw lente. Meestal wordt het dan weer beter en begint alles opnieuw.

Dat is waar, zegt nu de andere man. Hij spreekt met een licht Drents accent. In elke knop van een tak zit een nieuwe knop verborgen, dat staat ook in de Bijbel. Ten afscheid krijgt ik een brochure overhandigd. Voor eeuwig gelukkig leven.


Drentse bandjes kijken in Meppel, Borger, Assen en Emmen

1 Marcel Krijgsman  alias Happenstance Foto Drentsch Peil XL
Kunst & Cultuur uit Assen en The Bake Shop uit Emmen stuurden een persbericht waarin optredens van Drents cultuurtalent worden aangekondigd. Dit keer: Drentsch Peil XL, het showcasefestival dat bands en artiesten uit Drenthe een opstapje biedt naar grotere podia.

In september vinden vier showcases plaats: 20 september in Stadscafé Oasis Meppel, 21 september in Podium34 Borger, 27 september in City Hotel de Jonge Assen en 28 september in De Grote Kerk Emmen. Aanvangstijden in Meppel en Borger zijn 20.00 uur. Aanvullende informatie is verkrijgbaar via [email protected]. Citaat:

‘Bezoekers kunnen genieten van een breed palet aan genres en stijlen. Van de alternatieve rock van Radiant Sculptures en Wood for the Trees tot de stevige bluesrock van Moonlighter, en de funky vibes van State of the Art. Ook solo-artiesten Josué Davis, met zijn mix van pop en Latin urban, en de autonome alleskunner Happenstance krijgen een kans om te schitteren. Daarnaast brengt Joining Ends een mix van hardrock en progressieve metal. De line-up wordt compleet gemaakt door de alternatieve indiesound van The Meadow.’


Dagboek van een cultuurjournalist

1 Lief dagboek
Lief dagboek,

Het was een vreselijke dag. Het begon ermee dat ik naar mijn gevoel veel te lang moest vergaderen over zaken die weliswaar belangrijk zijn, maar waar ik dit keer geen geduld voor kon opbrengen. Daarna snel een bericht gemaakt over stichting Reur die boos is op cultuurgedeputeerde Jisse Otter. En toen was het alweer tijd voor de Troonrede.

De koning doet het in mijn ogen steeds beter, maar misschien ben ik extra mild omdat ik hem zie als een man die op de eerste plaats heel veel van zijn dochters houdt en pas daarna aan de liefde voor zijn land toegeeft. Het hardop voorlezen van teksten die hij zelf niet geschreven heeft, gaat hem nog steeds lastig af. Ook nu struikelde hij een paar keer. Heel menselijk. Als onderdaan raak je eraan gewend.

Ik was uiteraard vooral nieuwsgierig of hij iets over kunst en cultuur moest zeggen. Dat bleek niet het geval. Het enige dat – of is het wat? – een beetje in de buurt kwam, was dat ‘er veel aandacht moet zijn voor de basisvaardigheden lezen, schrijven en rekenen’ en dat binnenkort hoofdlijnen van het Herstelplan Kwaliteit Onderwijs worden gepresenteerd. Als ik de majesteit goed heb verstaan sluit het allemaal aan bij lopende initiatieven. Niks nieuws dus.

Wel leuk dat hij de Nedersaksenlijn mocht noemen. Met een beetje geluk kunnen we over twintig jaar vanaf station Emmen, als daar dan nog mensen wonen, met een boemeltreintje rechtsaf langs de Gebroken Cirkel via Stadskanaal naar Groningen. Of nog spannender, linksaf via Hardenberg richting Almelo naar Enschede. En dan, ja dan, ligt de wereld open.

Toen de koning was uitgesproken begon het wachten op de presentatie van de Miljoennota. Ik gebruikte de tijd om stukken over cultuurbeleid te lezen die voorafgaand aan Prinsjesdag in de media waren verschenen. Daar raakte ik behoorlijk van in de war. Diverse zegslieden in de buurt van wandelgangen met woordvoerders bij bronnen rond welingelichte kringen hadden de afgelopen dagen na afloop van talkshows gedaan alsof er van alles was beklonken, waarop vervolgens weer reacties waren gegeven door verontruste belangengroeperingen.

Gevolg was dat ik veel berichten zonder feiten las over besluiten die vermoedelijk toen nog genomen moesten worden. En als ze wel al waren genomen, waren ze in ieder geval nog niet officieel bekendgemaakt. Ook niet afgelopen vrijdag, toen het zogeheten Regeerprogramma werd gepresenteerd, waarin nauwelijks iets over kunst en cultuur te lezen viel. Je hoort wel eens iets over lekken naar de pers, maar met de kennis van nu zou ik het eerder sproeien door de media willen noemen.

Om half vier zette het kabinet ineens een enorme hoeveelheid informatie met bijlagen online. Het internet kreunde ervan. Aan mij de taak na te gaan wat er waar was – of is het is? – van alle speculaties en dan vooral met betrekking tot de cultuursector in Drenthe en Groningen. Even voelde ik paniek opkomen. Waar te beginnen? Wat is het belangrijkste: het door de afdeling communicatie opgesteld persbericht of de bijlagen met de kleine lettertjes?

De verlaagde btw op cultuur en logies bleek inderdaad omhoog te gaan, als de Kamer ermee instemt. En de aangekondigde bezuiniging op de NPO stond er ook in. Maar hoe het zat met de verhoging van de kansspelbelasting en de voorgenomen bezuiniging op cultuur werd mij niet duidelijk. Over de verandering van de giftenaftrek las ik niets. What’s in it for me, prevelde ik sissend tussen mijn tanden het mantra van mijn leidinggevenden.

Na flink studeren meende ik even dat het meeviel met de aversie van het kabinet Dick Schoof jegens de zachte krachten. Die indruk werd versterkt toen ik zag dat alle adviezen voor de basisinfrastructuur door minister Eppo Bruins waren overgenomen en dat hij, Bruins dus, zelfs van plan is om te investeren in kunst en cultuur. Omdat ik niet helder kreeg hoe groot die investeringen waren en waar het beloofde geld terechtkomt, in de stad of in de regio, leek het mij verstandig niet te vroeg te juichen.

Na lang lezen besloot ik in overleg met mijn collega’s uiteindelijk geen bericht te maken. Dan blijven de abonnees van Dagblad van het Noorden maar iets langer in het ongewisse over de giftenaftrek. Er waren in mijn ogen – of is het zijn? – te veel onduidelijkheden en onzekerheden. Een pas op de plaats maken leek mij voor nu het meest verstandig. Het leven is al verwarrend en ingewikkeld genoeg. Doorgaans komen de feiten later aan het licht. De tijd zal het weer eens leren. Et cetera. Bovendien was ik uitgeput.

En nu ben ik zo daas dat zelfs de zin om nog wat te lezen in de biografie van Nico Keuning over Belcampo is vergaan. Zo komt de cultuurhaat in de wereld.