Is er nog hoop voor Peergroup en Loods13? Er zijn in ieder geval moties

Motie leden Hertzberger en Van Zanten
Zoals eerder gemeld werd maandag in Den Haag vergaderd over de verdeling van cultuursubsidies.

DvhN-collega Arend van Wijngaarden vatte het debat aldus samen: Minister: niet nóg meer cultuurgeld naar regio. Oppositie en Noorden verwijten coalitie 'wel woorden, geen daden'. Elisabeth Post van de Leeuwarder Courant concludeerde iets vergelijkbaars: ‘Cultuurpot Rijk is leeg: niet meer geld naar het Noorden. Minister Eppo Bruins: 'Geen knaken, geen extra taken'. Hanna Hosman van NRC schreef dit: Weinig ruimte in debat Tweede Kamer over cultuurbegroting: ‘Nederland verarmt’.

Ik luisterde maandag met een kwart oor en las ondertussen ter voorbereiding op interviews met Maren Stoffels, Tommy Wieringa, Conny Palmen en Lisa Weeda een flinke stapel boeken. Na afloop van de vergadering telde ik dertien moties die alsnog iets aan het cultuurbeleid van het kabinet met daarin minister Eppo Bruins (NSC) willen veranderen.

Waarom die moties indienen als de uitkomst ervan al vast staat? Doen politieke partijen dat voor de bühne?

Je mag toch aannemen dat partijen na het debat aan het onderhandelen slaan om een meerderheid te verzamelen voor wensen die ze namens hun achterban verwezenlijkt willen zien. Hoe dan ook, komende dinsdag worden die moties in stemming gebracht. Dit zijn, vanuit Noord-Nederland bekeken, in mijn ogen de meeste interessante:

  1. Motie van de leden Rooderkerk (D66) en Mohandis (GroenLinks/PvdA) over onderzoeken hoe een bloeiende culturele sector in heel Nederland geborgd kan worden via een zorgplicht voor cultuur.
  2. Motie van het lid Van Zanten (BBB) over onderzoeken waarom de geografische spreiding van cultuursubsidies over Nederland achterblijft.
  3. Motie van de leden Van der Velde (PVV) en Van Zanten (BBB) over vestiging van culturele instellingen buiten de Randstad aantrekkelijker maken bij de volgende herverdeling van de BIS-middelen.
  4. Motie van de leden Mohandis (D66) en Rooderkerk (GroenLinks/PvdA) over onderzoeken of er een oplossing geboden kan worden voor de 57 organisaties die ondanks een positief advies geen subsidie krijgen. 
  5. Motie van het lid Van der Wal (VVD) c.s. over de termijn van de culturele basisinfrastructuur verlengen naar zes jaar en onderzoeken hoe de aanvraagprocedure vereenvoudigd kan worden.
  6. Motie van het lid Beckerman (SP) over onderzoek naar de effecten van korting op het Gemeentefonds en verhoging van de btw voor de kunst en cultuur voor armere gemeenten en lagere inkomens.

Bij het 100-jarig bestaan van de Sint Willehaduskerk in Emmer-Compascuum

4 100 jaar Willehadus Kerk
Bijna anderhalf jaar geleden plaatste ik hier een bericht onder de kop ‘Wat te doen met Sint Willehadus’. Aanleiding was de ‘vondst’ van een houten paneel met een knap gesneden beeltenis van deze heilige uit de achtste eeuw.

Zaterdag reisde ik met mijn bewonderenswaardige levensgezel af naar de Sint Willehaduskerk in Emmer-Compascuum om aldaar een feest bij te wonen ter gelegenheid van het 100-jarig bestaan van voornoemde kerk. Op het programma stonden een eucharistieviering, de presentatie van een brievenboek (zie foto hieronder) en de onthulling van ‘ons’ paneel in het voorportaal van de kerk (zie foto onderaan).

Het was lang geleden dat ik een complete mis had bijgewoond, maar de liederen en gebeden bleken nog in mij te leven. Naarmate de dienst vorderde kwamen ze steeds meer omhoog. Op het laatst deed ik bijna volop mee en mocht ik van mijzelf als beloning ter communie.

100 jaar Willehadus-kerk Emmer Compascuum
Pastoor Peter Wellen had de leiding, als vervanger van de bisschop die enige tijd geleden door de paus naar naar Roermond is gestuurd. Vanwege het 100-jarig bestaan van het gebouw ging de preek van Wellen, kind van de streek, vooral over de kerk als gebouw en gemeenschap.

We werden ‘levende stenen’ genoemd die ‘rusten op een stevig fundament van Gods blijde boodschap met Jezus Christus als zijn leidsman’. Ook waren er verwijzingen naar Petrus, stichter van de oer-kerk en uiteraard naar Willehadus.

Tot mijn verrassing bleek er een Willehad-lied te bestaan. Het plaatselijke koor zong het op de wijze van Blowin’ in the wind, dat begin jaren zestig is geschreven door Bob Dylan. Het slotcouplet gaat aldus:

‘God zegene rijk’lijk uw werk in dit land/ beloonde uw moeizame strijd/ Hij weerde de vijand op wondere wijs/ dan werd Ge tot bisschip gewijd/ Werd Bremen in Duitsland de stad van uw keus/ daar rust Ge in heilige vree/ En van onze kerk zijn Gij nu de patroon/ o deel uw bescherming ons mee’.

Van het gebruik van het woord ‘vijand’ keek ik ietwat vreemd op. Bij mijn weten was Willehadus erop uitgestuurd om in deze contreien de heidenen te bekeren – wij, onwetenden. Zodat de Frankische heerser Karel de Grote ‘ons’ daarna makkelijker kon besturen en uiteindelijk de vrije Saksen in het gareel kreeg. 

Kerk en politiek zijn niet altijd gescheiden geweest. Maar om je voorouders vijanden te noemen, omdat ze anders dachten en voelden, dat gaat wel erg ver. 

Net zoals vroeger raakte ik ontroerd door de voorbeden, vermoedelijk omdat ze plaatselijk zijn en gericht aan mensen uit de buurt die onlangs uit de tijd zijn gekomen, maar nog niet vergeten: Rieks Schulte en Greetje Schulte-Heller, Theo Deddens, overleden familie Herbers Ellermann, Bé Möller en Rie Möller-Boerland, Gerrit Wolthuis en Maria Wilhelmina Wolthuis-Weghorst, Renk Kuper, Hennie en Riet Deiman-Dekkers, Taeke Graafsma en Henk Zwart.

Ook fijn, de mededelingen aan het eind: ‘Dinsdagavond 11 november komt mevrouw Jo Bosch uit Ter Apel in het parochiehuis vertellen over haar ervaringen als buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand’. 

Ons paneel heeft een mooie plek gekregen.

3 100 jaar Willehadus-kerk Emmer Compascuum
 


Drenthe vraagt in Den Haag om meer rijksgeld voor cultuur en redding van Peergroup en Loods13

Verdeling rijksgelden cultuur
Vandaag, maandag 11 november, wordt door een commissie van de Tweede Kamer in Den Haag vergaderd over de begroting van het ministerie voor onderwijs, cultuur en wetenschap. Bestuurders uit Drenthe grijpen de vergadering aan om aandacht te vragen voor de in hun ogen scheve verdeling van rijksgelden voor cultuur.

De Vereniging van Drentse Gemeenten verstuurde zondagmorgen een persbericht waarin een lobby werd aangekondigd door de wethouders cultuur Albert Haar van de gemeente De Wolden en Bert Jan ten Oever van gemeente Assen. “Want ‘een kloof tussen Randstad en regio dicht je niet met woorden maar met daden”, aldus cultuurwethouder Haar.

Hieronder een paar citaten uit het persbericht:

“De ongelijke verdeling, geografisch gezien, van rijksmiddelen voor cultuur in Nederland, zo’n 250 miljoen, baart grote zorgen. Gemiddeld is er slechts 3 euro per inwoner van Drenthe beschikbaar voor cultuur, terwijl in Noord-Holland dat bedrag 72 euro per inwoner bedraagt. Dit is een schril contrast en doet geen recht aan de culturele rijkdom die we hier in de regio hebben.

Enkele belangrijke instellingen voor Drenthe dreigen nu te verdwijnen door het beperkte budget of een kritische beoordeling bij het Fonds Cultuurparticipatie en Fonds Podiumkunsten. Het gaat hierbij om twee instellingen: Loods 13 en de Peergroup. Wanneer deze instellingen wegvallen doordat zij geen rijkssubsidie meer ontvangen, is dit van grote invloed op de Drentse culturele infrastructuur.

De gevolgen zijn veel groter dan in een dichtbevolkte regio, waar het wegvallen van een subsidie geen bedreiging is voor het grotere geheel. Voor Drenthe is dit wel het geval, omdat de culturele infrastructuur al zo dun is. De gevolgen zetten zich negatief door op andere terreinen: talentontwikkeling van jongeren, amateurtoneel, bewonersparticipatie en het vermarkten van de regio.”

Bijgevoegd kaartje is verspreid door Dirk Bruinsma, artistiek leider van Peergroup. Hier worden weer andere bedragen genoemd, maar de verschillen zijn er niet minder om. Zie verder ook dit bericht over de spreiding van cultuurgelden, door mij in een mismoedige bui geschreven na de bekendmaking van de subsidieverdeling door de grote cultuurfondsen en de Raad voor Cultuur eerder dit jaar.


Dagje Puppet met Meppeler muggen en een kanteling van Linnaeus’ wereldbeeld

1 Hoog van de toren (2024) Garage TDI
Festival Puppet beleefde afgelopen week in Meppel de 16e editie. Vooraf waren meer dan 250 voorstellingen van ruim 45 makers en gezelschappen beloofd. Ik heb niet alles nageteld, en zeker niet alles gezien.

Ik bezocht het festival dit jaar alleen op vrijdag en zag vijf verschillende voorstellingen, waaronder drie op verschillende plekken tijdens Popp-en-route: Tweezaam van Theater Tieret & Studio Peer, Cantos Animata van Magisch Theatertje en Quacksalver van Sofie Krog Teater uit Denemarken.

Voor het ontroerende Tweezaam, over Joppe die heen en weer geslingerd wordt tussen gescheiden ouders, een Nederlandse moeder en een Vlaamse vader, konden we – zo’n veertig mensen, waaronder een vrouw in een rolstoel – terecht in het bovenzaaltje van de plaatselijke vrijmetselaarsloge.

1 Tweezaam Theater Tieret & Studio Peer 2
Daarna wandelden we door het Wilhelminapark naar de Reestoeverschool waar ik erachter kwam dat het Magisch Theatertje naar mijn smaak te antroposofisch is: een woordloze verbeelding van de levenscyclus in omgekeerde volgorde, van oud naar jong, eindigend met een beeld van een baby in een baarmoeder.

De route eindigde in Meppel’s Inn, een verblijf dat zich heeft gespecialiseerd in ‘Drentse gastvrijheid’. Ter gelegenheid van Puppet was ruimte gemaakt voor een man met een medicijnshow die ons wondertonic probeerde aan te praten, maar die door zijn eigen mankementen niet aan verkoop toekwam.

Weer op straat bleek dat de volgende voorstelling, Hoog van de toren van Garage TDI in de Grote Kerk, op punt van beginnen stond, zodat ik een kwartier moest snelwandelen. Uiteindelijk kwam het bijna goed en zag ik in de kerk twee meisjes die met tegenzin bezig waren aan een werkstuk over de plaatselijke muggenmythe.

Onder de kansel kregen ze hulp van, waarom ook niet, twee stokstaartjes, twee mensen uit het leger met hun kanon en twee spookverschijningen die elkaar drie eeuwen geleden vlak voor hun huwelijk in dezelfde kerk waren misgelopen. Uiteindelijk speelde het orgel alsnog Daar komt de bruid.

Het associatieve Hoog van de toren bleek zeer geslaagd, vooral door energiek en enthousiast spel van jonge spelers met poppen en clichés. Het verhaal over de Meppeler muggen is vaker verteld, ook op de topografische kaart van Matthijs van Boxsel met spreekwoordelijke domoorden in Nederland de België komt het voor, maar zoals Garage TDI het deed, pakte het verfrissend uit.

1 Animalia Paradoxa (2024) Duda Paiva
De slotvoorstelling van de dag bleek anders dan gedacht. Duda Paiva speelde in theater Ogterop wegens ziekte niet het aangekondigde Avatara, maar het nieuwere Animalia paradoxa met hoofdrollen voor harpiste Lavinia Meijer als sirene en een pop gemodelleerd naar de Zweedse wetenschapper Carl Linnaeus. Ik zag een slim gemaakte en zeker fraaie, maar ook trage voorstelling tegen de hokjesgeest.

Volgens mij worden in Animalia paradoxa de pogingen van Linnaeus om de wereld te beschrijven iets te kort gedaan – hij handelde nu eenmaal met de beperkte kennis van toen. Maar dat er ruimte moet zijn voor wat afwijkt, dat fantasie en verbeelding ook een plek verdienen, dat het soms goed is als een wereldbeeld wordt gekanteld, ja, daar wil en kan ook ik niet op tegen zijn.


Omroep Brabant werft stemmen voor Regio Songfestival via RTV Drenthe

Foto
Zaterdag 9 november wordt in Maastricht door de tweede keer het Regio Songfestival gehouden. Elke regionale omroep vaardigt een kandidaat af. Marianne Veenstra, Fegebart en Trap Aan! vertegenwoordigen die van respectievelijk Drenthe, Friesland en Groningen

Wie denkt dat het gezapige bedoening wordt, heeft het mis, want nu reeds gaat het er fanatiek aan toe. Zo probeert Omroep Brabant publiekstemmen voor zangeres Dominique te regelen middels een advertentiecampagne bij andere regionale omroepen. De advertenties verschenen zondag in beeld op de apps van zowel RTV Drenthe als Omrop Fryslân.

De finale van het Regio Songfestival wordt zaterdagavond 9 november live vanaf 20.30 uur uitgezonden op de sociale media-, YouTube- en televisiekanalen van de regionale omroepen en op NPO 1 Extra.  De eerste editie werd vorig jaar gewonnen door Emmy Ackermans met het liedje 't Letste Rundje.


Bezocht in het Atlas Theater festival Emmen Rocks en zag ‘Femina’ van ISZA

Isza Emmen Rocks 2024
Zondag bezocht ik de tweede editie van Emmen Rocks, een festival in het Atlas Theater met volgens een persbericht van mede-organisator Facet ‘regionale artiesten en bands, boeiende clinics door topmuzikanten en interessante informatie-stands’. Mijn interesse ging vooral uit naar de optredens van GIRLSGIRLSGIRLS en ISZA.

(Vergeef me het gebruik van kapitalen. ‘Ik weet wel het is hun goeie recht. De nieuwe tijd, net wat u zegt.’)

Kijken en luisteren naar GIRLSGIRLSGIRLS leverde een leerzame ervaring op. Als ik dertig jaar geleden een optreden van deze jongens had bijgewoond, bijvoorbeeld bij podium Blanco, zou ik mij hautain geërgerd hebben aan hun gelikte sound. Amerikaanse radiopoprock, welk idee over popmuziek als kunstvorm gaat daar achter schuil? Wat voegt dat in hemelsnaam toe aan wat er op grote schaal reeds is gedaan, vooral in de Verenigde Staten?

Maar een cultuurkritisch mens wordt ouder, dover en kan gaan inzien dat popmuziek en kunst soms niets met elkaar te maken hebben. Nu constateerde ik met milde blik dat de vier jongens van GIRLSGIRLSGIRLS heel goed zijn in wat ze pretenderen en in praktijk brengen: energieke Amerikaanse radiopoprock, verpakt in catchy liedjes die het ongetwijfeld prima doen op de door de Amerikaanse muziekindustrie gedomineerde Nederlandse playlists.

ISZA was – of is – meer mijn kop thee. Ze trad op met Femina, de muziektheatervoorstelling waarmee Isa Zwart ruim een jaar geleden afstudeerde aan de hogeschool voor de kunsten in Arnhem ArtEZ. Zwart had voor de gelegenheid een band en twee zangeressen meegenomen. In een van die zangeressen herkende ik Clé Delphi. Haar zag ik eerder dit jaar samen met Zwart in de sprankelende voorstelling Cornflakes, no porn flakes. De andere zangeres kende ik niet.

Femina bleek slim in elkaar te zitten. Niet alleen werd er heel goed gespeeld en gezongen, in verstaanbaar Nederlands, het ging ook nog eens ergens over. Inhoudelijk: hoe het voor vrouwen is om te leven in een samenleving die door mannen wordt gedomineerd en verpest. Het slimme zat – of zit – er onder meer in dat de uitwassen van het patriarchaat niet drammerig, maar subtiel onder de aandacht werd gebracht.

Zo ging het onder meer over de notie dat opdringerige mannen zich vaak nauwelijks bewust zijn van hun opstelling, dat hun lomp- en botheid vermoedelijk voortkomt uit onvermogen een zachte kant te tonen en zich te verplaatsen in 'de ander'. Uiteindelijk ging – of gaat – het bij Femina erom dat een mens moet proberen zichzelf te zijn. Wat een levenslange opgave is, weet ik uit eigen ervaring, maar dit ver terzijde.

Wat verder opviel was dat ISZA aan bijna alles had gedacht. De muziek klonk modieus en eigentijds, kwetsbaar en zelfbewust, en juist daardoor krachtig – denk aan de hoogste klassen in de school waar Wende Snijders en Eefje de Visser les geven. Femina zag – of ziet – er zeer weloverwogen en fraai uit, compleet met een theatrale podiumpresentatie en een bijbehorende choreografie.

Emmen Rocks was goed bezocht. Wellicht ook omdat er geen entree betaald hoefde te worden. Hoera voor de cultuursubsidies. Ondanks de mausoleum-achtige setting van het theater trok het festival naar Emmense begrippen opvallend veel jongeren. Volgend jaar maar eens kijken wie de meeste navolging heeft gekregen, GIRLSGIRLSGIRLS of ISZA.


Nieuw in het Drents Museum: Drentstalige poëzie terwijl u poept

Poezie terwijl u poept
Het Drents Museum heeft een ingrijpende verandering ondergaan. Vanaf zaterdag is te zien dat de collectie op een nieuwe manier wordt gepresenteerd. Dat gebeurt onder een nieuwe naam, Labyrinthia. Ik mocht samen met Dagblad van het Noorden-collega Job van Schaik donderdag een kijkje nemen.

Een van de onderdelen van de nieuwe collectiepresentatie, die samen met een renovatie en verduurzaming dertien miljoen euro heeft gekost, is een verdere verDrentsing van het museum. Daarbij wordt Drenthe nadrukkelijk neergezet als een landsdeel dat in sommige opzichten voorop heeft gelopen in wat nu Nederland wordt genoemd.

Zo worden de hunebedden gepresenteerd als bewijs van vroege beschaving toen het latere Holland nog tot voorbij de knieën in de modder rommelde. Ook opvallend: een zaal waarin de turfafgravingen in Zuidoost-Drenthe nu eens niet als periode van bittere armoede worden getoond, maar als belangwekkende industriële ontwikkeling.

De toiletten zijn eveneens in de operatie meegenomen. Op de binnenkant van de deuren van ‘t huussie zijn Drentstalige gedichten van onder anderen Ton Peters, Dick Blancke, Peter van der Velde en Roel Reijntjes aangebracht; voor bijgaande foto heb ik de deuren even opengezet. Ze zijn het best te lezen als je op de pot gaat zitten. Poëzie terwijl u poept. Of plast, want dat kan ook zittend.


‘De liefde voor drie sinaasappels van Prokofjev legde de basis voor het moderne Emmen’

Sergej Prokofjev
Toch nog iets over het congres van Architectuurpunt Drenthe, onlangs in Emmen. Omdat er iets werd gezegd over de invloed van klassieke muziek op de stedenbouwkundige ontwikkeling van Emmen.

Niet alleen Peter Middendorp, ook WimJoost Licht was uitgenodigd om te spreken, in zijn geval over verleden en toekomst van de gemeente waar hij ooit directeur stadsontwikkeling was. Omdat die toekomst onzeker is, wat alle deskundigen ook beloven, beperk ik mij hier kort tot wat hij vertelde over het verleden. Opdat het niet verloren gaat:

“Na de Tweede Wereldoorlog telde Emmen zo’n 9000 inwoners. Het grootste deel woonde in de buitengebieden, in de kernen en langs de kanalen. De situatie was echt ernstig, in de zin dat duizenden mensen in krotwoningen leefden en zelfs als het geen krotwoningen waren, was het toch heel armoedig – het heeft heel lang geduurd voor de woningen aangesloten waren op het riool. Het was een vrij hopeloze situatie.

Veel mensen waren laag opgeleid of niet opgeleid, er was veel ongeletterdheid, mensen waren veelal werkeloos en voor hun inkomen afhankelijk van steun. Emmen was een van de regio’s die helaas, maar ook gelukkig, door de rijksoverheid werd aangewezen als hulp-regio. Industrieën die zich wilden vestigen, werden ondersteund. Er werden extra middelen, waaronder Marshall-hulp, beschikbaar gesteld om de ontwikkeling ter hand te nemen.

Als het mede na een busreis naar Denemarken gelukt is om de Danlon-fabriek naar Emmen te halen, wordt al voor 1950 gekozen om van Emmen een moderne stad te maken met goede woningen en voorzieningen voor fabrieksarbeiders en het kader dat nodig is. Emmen was een mooi dorp. De fabrieksdirecties die kwamen kijken leek het geen goed idee om het personeel in de Veenkoloniën te laten worden.

Die opgave ging de gemeente te boven: er moest een stedenbouwkundige afdeling komen. Burgemeester Dick Gaarlandt haalde daarvoor jonge stedenbouwkundigen uit het westen, uit Rotterdam, Amsterdam en Friesland. Niek de Boer, Thom Strikwerda en André de Jong waagden de sprong in het donker. Ze werden gehuisvest in barakken en gingen samen met architecten als Jan Sterenberg en Arno Nicolai werken aan de toekomst van de stad.

De eerste vernieuwende experimenten werden gebouwd in Emmermeer met als uitgangspunt betaalbare, moderne woningen met respect voor het landschap en bestaande cultuur. Het werd een succes, althans in de ogen van het gemeentebestuur, want de mensen die er al woonden vonden het maar moderniteit. Op basis van de ervaringen van Emmermeer werd de verdere stadsuitbreiding ter hand genomen.

U moet zich voorstellen: een jonge groep mensen met overwegend socialistisch achtergrond ging aan de slag met een visie op de toekomstige stad. Daarbij maakten ze gebruik van de grondbeginselen van Bauhaus, het Nieuwe Bouwen en de wijkgedachte van Clarence Perry. Er werden reizen ondernomen naar voorbeelden in Engeland, Scandinavië en Duitsland.”

En toen vertelde WimJoost Licht dit:  

“Weinig mensen weten dat muziek een belangrijke rol speelde in de toekomst van de stad. Zo was de marsmelodie uit de satirische opera De liefde voor drie sinaasappels van Russische componist Sergej Prokofjev de inspiratie voor de gedachte dat Emmen drie keer drie wijken moest gaan tellen: negen wijken. Het is nooit opgeschreven, maar volgens André de Jong was dat oorsprong van de structuurvisie.”

En tot slot dit:

“Tekenend voor de pionierstijd was dat rond 1960 grote orkesten naar Emmen kwamen, zoals de Berliner Philharmoniker, dat optrad in zaal Grimme aan de Markt. Het was een tijd van hoop en enthousiasme en veel internationale aandacht voor wat hier gebeurde.”

Bij deze is het vastgelegd.


Peter Middendorp terug naar Emmen, wat zou daar voor nodig zijn?

T Appeltje Emmerdennen
Architectuurpunt Drenthe stuurde een uitnodiging voor een dag over ‘de toekomst van Emmen vooral op ruimtelijk gebied’. Met in een moeite door de vraag of ik bij die gelegenheid, 4 oktober, schrijver Peter Middendorp wilde interviewen.

Waarover zou dat interview dan moeten gaan, reageerde ik geïnteresseerd. Daarop werd mij een van zijn geraffineerde columns uit de Volkskrant toegestuurd. Het was de aflevering waarin hij iets had geschreven naar aanleiding van een koninklijk bezoek aan Zeeland toen boeren was gevraagd even geen mest uit te rijden.

Het Architectuurpunt bleek vooral enthousiast over de volgende passage:

‘Bereikbaarheid is iets van vroeger, ouderwets. Nog even en de helft van de beroepsbevolking werkt thuis, en dan zit je daar mooi met je bereikbaarheid opgescheept, met miljoenen in een woestijn van asfalt en steen.

In de regio zijn ze druk met groot gevonden worden, en daardoor vergeten ze weleens dat ze er op een goudmijn zitten, met name in het Noorden. Rust, ruimte, groen en vooral koelte, zijn de schaarse goederen van onze tijd, daar zorgt de opwarming wel voor.’

Mijn contactpersoon bij het punt vergeleek deze woorden met het projectplan dat voor de dag over de toekomst was geschreven en kwam terzake: ‘Het idee is om Peter aan de tand te voelen over wat er zou moeten gebeuren in Emmen om hem te laten terugkeren.’

Peter Middendorp terug naar Emmen, wat zou daar voor nodig zijn? Een voetbalclub op eredivisie-niveau? Een verbouwing van winkelcentrum De Weiert waardoor het Mondriaanplein op de Vismarkt lijkt? Een maandelijkse toelage afkomstig uit het Eric van Oosterhout-fonds voor scheppende kunstenaars? Een ontherseningsmachine zoals ooit bedacht door Alfred Jarry? Een onder architectuur getimmerd schrijfhuisje in de Emmerdennen met zicht op ’t Appeltje? Een sprong terug naar de tijd toen iedereen er nog was?

Vrijdag ga ik het hem vragen in het Atlas theater.