Trotse adoptant van een haarbal van een koe

Adoptiepaspoort Haarbal van een koeVele, vele jaren geleden bracht ik in de hoedanigheid van lid van de provinciale adviescommissie voor cultuur in Drenthe een bezoek aan het woonhuis van Jans Brands in Nieuw-Dordrecht. Het bezoek had tot doel te beoordelen of er gemeenschapsgeld gestoken moest worden in het behoud van een volledig uit de hand gelopen hobby.

De hobby van Jans Brands (1933 - 2019) bestond uit het verzamelen van spullen die hem bijzonder leken. Hij deed dat volgens een geheel eigen systeem en naar geheel eigen voorkeur en wel zo dat zijn verzameling uniek was geworden. Uniek in de zin dat zijn spullen misschien niet goed genoeg waren voor een provinciaal- of rijksmuseum, maar ook niet ontzameld, laat staan weggegooid konden worden.

Bij de rondleiding werd de provinciale adviescommissie voor cultuur in Drenthe destijds onder meer een haarbal van een koe getoond. Mijn mede-commissieleden, meer onder de indruk van een leenmannenregister uit 1380 en de muntenverzameling, deden daar wat lacherig over. Ik herkende er meteen een topstuk in.

In de jaren daarna werd, met steun van onder meer de provincie Drenthe, rond de verzameling een museumpje gebouwd, de Collectie Brands. Steeds als ik er op bezoek kwam, werd ik rondgeleid door een vrijwilliger die enthousiast het verhaal van Jans Brands en zijn unieke verzameling vertelde. Daarbij werd mij steeds de haarbal van de koe getoond, als bewijs dat Brands zich voor alles interesseerde wat in zijn ogen bijzonder was.

Kort geleden attendeerde de Collectie Brands mij op de mogelijkheid een museumstuk te adopteren. Ik citeer:

"Hoe word je adoptant? Op onze webpagina www.collectie-brands.nl/adoptie vind je een overzicht met de te adopteren stukken. Deze zijn onderverdeeld in drie categorieën: brons, zilver en goud. Je maakt je keuze voor het object dat jou het meeste aanspreekt en vraagt deze aan via het aanvraagformulier. Eén van onze medewerkers neemt vervolgens contact met je op om je aanvraag te bevestigen en je van verdere uitleg over de adoptieprocedure te voorzien."

Ook leuk om cadeau te geven. Ik kan het iedereen aanraden. Wees er snel bij.


Wie troost de huilende bruiden van Oldambt?

Luisterwandeling Huilende bruiden Peergroup 4
Vorige week vrijdag werd ik in Club Chantall in Klein-Ulsda door twee dames ontvangen om even later huilende bruiden te bewonderen. Na dik een uur keerde ik tevreden huiswaarts.

Huilende bruiden is de naam van een vijf kwartier durende luisterwandeling die kunstenaar Tom Tieman namens locatietheatergezelschap Peergroup heeft uitgestippeld tussen Klein-Ulsda en Bad Nieuweschans. Met bruiden worden afgebladderde pilaren bedoeld aan de voorzijde van sommige kolossale boerderijen aldaar.

Luisterwandeling Huilende bruiden Peergroup 2
Tieman vertelt tijdens de wandeling over de graanrepubliek, ook van het bekend van gelijknamige het boek van Frank Westerman uit 1999, en over wat gebeurde toen de gouden tijd voor Oost-Groninger boeren weer voorbij was. De boerderijen bleven staan, sommige nog even fraai als ooit. Velen raakten in verval. Tieman vertelt over behoud van erfgoed en de schoonheid van verval.

Al jaren breken boeren, burgers en bestuurders het hoofd over hoe het verder moet met die boerderijen in Oldambt – er staan er vele tientallen. Ze zijn als een molensteen om je nek, hoorde ik Frank Westerman vertellen tijdens de wandeling. Hij bedoelde dat het eventueel opknappen en in stand houden zo'n beetje een volledige baan is. Wie wil dat? En wie kan dat betalen?

Luisterwandeling Huilende bruiden Peergroup 1
Geïnspireerd door de wandeling schreef collega Maaike Borst onlangs een fraai artikel over dit onderwerp. Als toegift houdt Dagblad van het Noorden komende maandag een bijbehorend debat getiteld Parels in het landschap of rotte kiezen. Ik mag de boel in banen zien te leiden of te houden.  

Plaats van handeling is Mellemaheerd, Hamdijk 9, Bad Nieuweschans. Met bijdragen van Tom Tieman, Boelo ten Have, Annemarie de Groot, Herman Sandman, Hans van der Lijke, Rob Hendriks, Otto Knottnerus en anderen. Inloop 19.30 uur, aanvang 20.00 uur. Toegang na coronavrijwaringsbewijs. Vol is vol.


Wereldliteratuur en het platteland

Leentje Vandemeulebroecke   Ludo Simons  Annette Timmer
Afgelopen vrijdagavond beleefde De Literaire Hemel in café De Amer met publiek de start van het twintigste seizoen. Tot het tegendeel is bewezen, is De Hemel daarmee het langst bestaande literaire café van Noord-Nederland. Hulde daarvoor aan Albert Haar en Annette Timmer, die er van meet af aan bij zijn.

De formule is al die jaren gelijk gebleven. Steeds worden drie gesprekken gevoerd over literatuur, schrijvers en recent verschenen boeken. Afgelopen vrijdag waren Lévi Weemoedt (Het nut van Lodesteijn), Dirk Wolthekker (Verre verwachtingen), Leentje Vandemeulebroecke en Ludo Simons (Stijn Streuvels Ingooigem) te gast.

Laatstgenoemde, Simons, bleek niet alleen getrouwd met de kleindochter van Stijn Streuvels, over wie het vrijdag in Amen ging, Streuvels, niet die kleindochter, maar tevens onder meer (oud)hoogleraar boek- en bibliotheekwetenschappen aan de universiteit in zowel Antwerpen en Leuven.

Op de vraag van Timmer waarom Streuvels het nog steeds verdient gelezen te worden zei Simons dit:

'Zijn boeken hebben op jonge leeftijd een diepe indruk op mij gemaakt. Toen ik later de wereldliteratuur van Tolstoj, Dostojevski en Hamsun las, vond ik hun boeken evenwaardig aan die van Streuvels. Zijn boeken zijn weliswaar voor een belangrijk deel gesitueerd in West-Vlaanderen, vooral het platteland, maar een deel ook in de stad, maar de waarde van een schrijver wordt niet bepaald door de plaats waar zijn verhalen zich afspelen, maar door wat een schrijver daarvan maakt, door de manier waarop hij dat doet en door wat hij erover schrijft. Ook als het bij Streuvels over boeren gaat, over landarbeiders en werklieden, de manier waarop hij daarover schrijft, gaat het over leven en dood en alles wat daar mee samenhangt, en zijn geen andere thema's in de wereldliteratuur die de moeite waard zijn.'

Omdat toeval bestaat, hebben de bazen van Netflix zopas besloten om de film Mira via hun streamingsdienst beschikbaar te maken. De film van regisseur Fons Rademakers uit 1971 is gebaseerd op Streuvels' roman De teleurgang van den Waterhoek uit 1927 en vertelt over Mira die vanuit Parijs terugkeert naar het dorp Waterhoek waar een deel van de bevolking de vooruitgang vreest. Hoofdrollen werden gespeeld door Willeke van Ammelrooy en Jan Decleir.


Voor de koningin aan naar Viva La Frida!

In het Drents Museum is voor de tentoonstelling Viva Las Frida! een tracé in de vorm van een spiraal uitgezet. Foto Marcel Jurian de Jong
Om koningin Máxima niet voor te voeten te lopen, mocht ik  woensdag al rondkijken op de tentoonstelling Viva La Frida! in het Drents Museum. Daar ging een reeks toespraken, bedankjes en een korte film aan vooraf. Na afloop, weer in het thuiskantoor, zette ik mij aan het schrijven van een stuk dat vandaag in de papieren en digitale versie van Dagblad van het Noorden staat. Het begint zo:

'Voert het te ver om Frida Kahlo – na Maria – de meest afgebeelde vrouw ter wereld te noemen? Afgaand op de enorme hoeveelheid spullen met haar gezicht die overal ter wereld te koop wordt aangeboden, van sokken tot met posters, valt er wat voor te zeggen. Niet voor niets bestaat er een uitdrukking voor haar aanwezigheid alom: Frida Mania.

In de meeste gevallen gaat die manie gepaard met een explosie aan kleuren. Als Kahlo (1907 – 1954) voor het koopkrachtige massapubliek wordt afgebeeld, gebeurt dat met het vrolijke spectrum van de regenboog. Met bloemen, met een strik in het haar boven de doorlopende wenkbrauw. Met rode lippen en een snorretje. Met uitbundigheid die wij als Zuid-Amerikaans opvatten.

Het mag gedurfd heten dat Perspekt Studio's voor de expositie Viva La Frida! in Assen heeft gekozen voor een ingetogen vormgeving waarmee de nadruk wordt gelegd op de kunstwerken en objecten die aan de manie vooraf zijn gegaan. Neem de kleur van de tentoonstellingswanden. Die is niet azul zoals de muren van het Blauwe Huis in Mexico-stad waar Kahlo de meeste tijd van haar leven heeft doorgebracht. Die is aanzienlijk donkerder. Drents blauw.'

Meer in de krant en achter de betaalmuur. De foto's zijn van Marcel Jurian de Jong


Op bezoek bij Aspazija in Jürmula

Aspazija Jürmula 2
Tijdens een poging om een glimp van de Golf van Riga op te vangen, besloot ik in de Letse badplaats Jürmula de voormalige woning van Aspazija te bezoeken. Dat ging niet vanzelf. In de hal naar het huis, tegenwoordig een klein museum, moest eerst een klasje schoolkinderen zich naar buiten wringen.

Toen dat gebeurd was, kreeg ik een headset overhandigd zodat ik al wandelend door haar woning naar het levensverhaal van deze journalist, dichter en theaterschrijver kon luisteren. Aspazija, geboren als Elza Rosenberga (1865 – 1943), had het bij leven en welzijn goed voor elkaar.

Aspazija Jürmula 3
Voor een belangrijk deel ontleende ze haar status aan Rainis (1865 – 1929), die niet alleen dichter des vaderlands van Letland, maar ook politiek zeer invloedrijk was. Rainis schreef onder meer aan de grondwet toen Letland na de Eerste Wereldoorlog kortstondig een zelfstandige staat probeerde te zijn.

Over de poëzie van Aspazija wil ik geen oordeel vellen, wat via de headset tot mij kwam, klonk zoetig en romantisch. Waar ik wel een uitspraak over wil doen, is de manier waarop de Letten haar op een voetstuk hebben gezet, met lichtprojecties en al, vermoedelijk in een patriottische poging om te laten zien dat Letland, ondanks de Sovjetbezetting, over een geschiedenis met eigen cultuurdragers beschikt.

Aspazija Jürmula 5
Hoe dan ook, de voormalige woning in Jürmula is een paar jaar geleden zeer grondig gerestaureerd en geeft nu een alleraardigst beeld van hoe een auteur in de eerste helft van de vorige eeuw in Letland kon werken en leven. En dat is nog niet alles. Aangekomen bij het strand langs de Golf van Riga zag ik dat op een duin een bronzen beeld van Aspazija was neergezet.

Ineens moest ik aan het beeld van Ida Gerhardt op de IJsselkade van Zutphen denken. In sommige landen worden de dichters een stuk kleiner gehouden.


Een podcastserie over de Nedersaksen, uut Zwolle

Studio totaal
Post uit Zwolle. Hedon Productiehuis en de IJsselacademie laten weten dat ze een podcastserie zijn begonnen over de Nedersaksen, de mensen die nog Nedersaksisch kunnen praten. De eerste aflevering staat inmiddels online. Citaat uit het persbericht:

"De Nedersaksen is een podcast waarin Hendrik Jan Bökkers, bekend van het razend populaire televisieprogramma ‘De Beste Zangers’ en zijn band Bökkers, en Albert Bartelds van de IJsselacademie je onderdompelen in de Nedersaksische cultuur, taal en geschiedenis. Er zijn gesprekken met diverse ‘cultuurdragers’ uit de Nedersaksische regio en er is regelmatig livemuziek in een van de Nedersaksische streektalen.

Voor podcast De Nedersaksen gaan Albert Bartelds en Hendrik Jan Bökkers dieper in op de Nedersaksische cultuur. Want waar staat het eigenlijk voor en welk gebied valt er precies onder? En waar komen al die streektalen eigenlijk vandaan? Hoe is het bijvoorbeeld om als muzikant, filmer of kunstenaar in dit gebied te wonen en vanuit hier te werken? Hoe is het om in je streektaal te schrijven en te zingen en hoeveel invloed heeft de regio waar je geboren en getogen bent op het werk dat je maakt?"

Zie ook www.denedersaksen.nl. Bijgevoegde foto met links Albert Bartelds en rechts Hendrik Jan Bökkers is gemaakt door Thomas Bartelds.


De Podagristen, nu ook als tentoonstelling

Poster tentoonstelling SMALT-PodagristenHet Stedelijk Museum Coevorden en Stadtmuseum Nordhorn hebben de handen ineen geslagen voor een kunsttentoonstelling geïnspireerd door de Podagristen, de drie mannen die in 1843 met een reisverslag de literatuur in Drenthe moderniseerden.

Beloofd wordt 'een tentoonstelling die een andere kijk biedt op een stukje geschiedenis van Coevorden, Zuidoost-Drenthe, Nordhorn en Graafschap Bentheim'. Uit een persbericht: "Door het verhaal van De Drie Podagristen tegenover hedendaagse kunst te plaatsen als een reactie op dit verhaal, wordt er op een vernieuwende manier naar de geschiedenis van deze plaatsen gekeken."

De kunstenaars zijn verbonden aan kunstcollectief SMALT en werken in verschillende disciplines: schilderkunst, grafiek, beeldhouwkunst, installatie en fotografie. Tijdens de tentoonstelling in Coevorden is een originele druk uit 1843 te zien van Drenthe in vlugtige en losse omtrekken geschetst door drie Podagristen, het boek van Alexander Lesturgeon, Harm Boom en de Coevorder uitgever Dubbeld Hemsing van der Scheer.

De tentoonstelling is vanaf 12 september te zien in Coevorden en vanaf 14 september  in Nordhorn te zien. SMALT-Podagristen loopt tot en met 27 maart en gaat vergezeld van een tentoonstellingsgids met een routekaart van het 75 kilometer lange Podagristenpad tussen Coevorden en Nordhorn.

Net verschenen bij uitgeverij Ter Verpoozing: een boekje van Peter Geerdink waarin een 52 kilometer lange Podagristen-wandel- en fietsroute tussen Coevorden en Nieuw-Schoonebeek wordt beschreven. Ter Verpoozing bracht eerder een reeks boeken uit met teksten van de Podagristen aangevuld met verwante verhalen en beschrijvingen. Zie ook deze link.


Verschillende manieren om naar de bom te kijken

De bom Peergroup
Donderdag, morgen dus, gaat bij Darp de theatervoorstelling De bom van Peergroup in première. Ik woonde dinsdag de try-out bij en moest daarvoor plaatsnemen in een legertruck die door de bossen raasde. Er zijn comfortabelere manieren om in de stemming te komen, maar effectief was het wel.

De bom is belevingstheater op een relevante locatie. Ergens bij Darp lagen in de jaren tachtig kernkoppen klaar om – indien nodig – door de Amerikanen te worden ingezet tegen de Sovjets. Misschien lagen ze er al veel eerder. Misschien liggen ze er nog. Alles weten maakt niet gelukkig.

Eenmaal ter plekke, was ik zo door elkaar geschud dat ik mij een afgestompte soldaat voelde. Marcheren moest ik, net als de rest van mijn eenheid. De sfeer die aanvankelijk deed denken aan Daar komen de schutters riep gaandeweg Apocalyps now in herinnering.

Maar eerst kwamen we in een vergadering terecht, waar op een onnavolgbare manier gediscussieerd werd over de plaatsing van kruisraketten en de toeslagenaffaire. Daarna liepen we een groepje demonstranten tegen het lijf, kinderen nog, die ons confronteerden met onze gelatenheid. Waren we ergens tegen, of waren we ergens voor? Ik wist het weer eens niet.

Op een stukje heide maakten we kennis met een buurtbewoner, die haar visie op de komst van de Amerikanen en hun wapens gaf. Ze was vooral nieuwsgierig en verwonderd. Even verderop hielden we halt bij een wachtende soldaat met gewetenswroeging. Zijn vader had ooit gevangen gezeten als dienstweigeraar. Hij was wel onder de wapenen gegaan.

Uiteindelijk liepen we 'de site' op, de plek van het onheil. Het was inmiddels donker, waardoor we de militaire basis niet goed konden bekijken. Wel zagen we een lanceerinstallatie - dat hadden die lui van Peergroup toch maar mooi geregeld. Via hoofdtelefoons werden we met knetterende geluidsfragmenten en een ooggetuigenverslag voorgelicht over de kracht van de bom en het verwoestende effect daarvan op de mens.

De woorden 'mooi', 'leuk' en 'gezellig' waren geen moment van toepassing.


Over 'Lees me' van culinair kunstenaar Elles Kiers

Lees me (2021) Elles Kiers

Henry Alles bezorgde mij een kunstenaarsboek dat ik dit voorjaar op zijn aanbeveling had besteld: Lees me over het werk van Elles Kiers (Emmen, 1969). Kiers leerde ik kennen via haar bijdragen aan verschillende projecten van locatietheatergezelschap Peergroup. Ze vervulde lange tijd de rol van kunstenaar, kok en beheerder van culinair erfgoed.

Inderdaad: vervulde. Want Kiers kookt niet meer. Ze kan niet meer koken. Ik weet waardoor dat komt, maar voel er niet voor dat hier op te schrijven. De mensen rondom haar hebben er niet voor niets voor gekozen daar geen ruchtbaarheid aan te geven.

Lees me is om verschillende redenen een bijzonder boek. Meest in het oog springt de vormgeving. Het boek bestaat uit twee losse boekdelen die bijeen worden gehouden door een stuk rubber dat na het verwijderen van een stokje zoethout kan worden opgeklapt.

Het eerste deel is in een ander stuk rubber gestoken en heeft als titel Proef me. Het is een logboek waarin Kiers verslag doet van de start van een Peergroup-project elf jaar geleden in Coevorden waarbij ze samen met agrarisch kunstenaar Sjef Meijman een jaar lang een aantal landvarkens verzorgde.

Het tweede deel, Lees me, is een handboek liggend op een stukje zeil en een plank. In dit deel wordt de ontwikkeling beschreven die Kiers als kunstenaar heeft doorgemaakt tot de start van bovengenoemd varkensproject in 2010. Dat handboek had dikker moeten zijn, ware het niet dat tijdens een brand een groot deel van haar archief verloren is gegaan.

Spittend in 'De krant van toen' stuit ik op een stuk uit juni 1994 uit Nieuwsblad van het Noorden waarin Eric Bos een installatie beschrijft die Kiers kort na haar afstuderen aan academie Minerva samen met Ronald de Jong maakte in kunstruimte Spatie III aan de Noorderhaven. Hun project is, aldus Bos, 'beslist een van de grootste installaties die ooit in Groningen is gemaakt':

'Wie het pakhuis binnenstapt en de ruimtes en verdiepingen door loopt komt terecht in een sterk afwisselende wereld met wanden van kaasdoek waar licht doorheen schijnt, twee enorme tapijten van losliggende erwten en kapucijners, een vloersculptuur gemaakt van dode muizen en een balkenwoud met namaak spinrag van 35 kilometer wit garen.'

Het werken met kunSt en voedsel zat er bij Kiers al vroeg in.

Citaat uit Lees me: 'Elles volgde eind jaren negentig een culinaire vakopleiding en begon te ontdekken dat niet alleen de zintuiglijke ervaring een rol speelt, maar ook de sociale impact van het gezamenlijk eten en de oorsprong daarvan. Ze werd vanaf toen gelijk veel gevraagd om eten te verzorgen in een artistieke context.'

Tot slot een citaat uit een mail van Henry Alles:

'Volgens ons is Lees me een vrolijke manier om te zoeken naar de herinnering van smaken, het produceren van eten en het denken over een potentieel gezondere toekomst. Lees me is een logboek met Elles haar visie op de menselijke en dierlijke maat van eten, waarbij alle zintuigen meedoen.'

Lees me is te bestellen via [email protected]


Hooggeëerd publiek, de cultuurpodcast

Cultuurpodcast Hooggeëerd publiek Met de podcast Hooggeëerd publiek willen de cultuurredacties van Dagblad van het Noorden en Leeuwarder Courant kunst en cultuurliefhebbers iedere twee weken bijpraten over wat er op dit gebied gaande is in Drenthe, Friesland en Groningen. De eerste aflevering staat nu online.

Een podcast als Hooggeëerd publiek bestaat nog niet, wat best vreemd is, want er zijn veel podcasts en er gebeurt veel op het gebied van kunst en cultuur, ook in Noord-Nederland, zelfs in tijden van corona. ,,Als iemand het moet en kan doen, dan zijn dat de cultuurjournalisten van Dagblad van het Noorden en Leeuwarder Courant", aldus een cultuurredacteur waarvan naam en adres bij de redactie bekend zijn, maar uit bescheidenheid en verlegenheid nu even niet naar voren wil treden.  

,,Daar komt bij dat DvhN en LC met een podcast willen onderstrepen dat zij de cultuurgidsen van Noord-Nederland zijn, niet alleen op papier maar ook digitaal. Alles wat wij schrijven is reeds in de krant en via onze website te lezen, en via onze wekelijkse cultuurnieuwsbrief, met Hooggeëerd publiek voegen we daar nu audio aan toe. Wel zo handig want dan kun je er nog iets bij lezen ook."

De gekozen vorm is die van de praat-podcast, uiteraard deskundig, maar vooral losjes met de tong in de wang en soms de handen in het haar. Iedere twee weken nemen steeds twee cultuurjournalisten plaats achter de microfoon en bespreken zij wat er speelde en speelt, wat de achtergronden en vooruitzichten zijn en hoe wij onze weg daarin zoeken in vinden. Alle kunstdisciplines komen aan bod, niet tegelijk, maar uiteindelijk wel.

De aandacht gaat uit naar regionale zaken, maar zeker ook ontwikkelingen die buiten het Noorden spelen. ,,We laten voordrachten van anderen horen (columns, geluidopnamen, voorgelezen recensie et cetera) en sluiten steeds af met liedjes en songs van artiesten uit ons verspreidingsgebied. De eerste aflevering is dat is Bert Hadders die net een album heeft samengesteld met muziek van de theaterprojecten van Iemandsland.

Het basisteam van Hooggeëerd publiek bestaat uit Kirsten van Santen en Joep van Ruiten, de techniek wordt gedaan door Esther van der Meer. Ter afwisseling slepen we steeds een andere cultuurjournalist voor de microfoon. Patriecia Kolthof kondigt ons aan en af. En, als we het niet vergeten, om te testen om mensen wel goed hebben geluisterd, hebben we iedere keer een prijsvraag met verschrikkelijke prijzen.

 


Hela gij Hydra (kent gij hen nog?)

Hela gij Hydra-001
Tijdens de Vlindermarkt te Emmen pikte ik voor 1 euro 50 Hela gij Hydra uit de bak, een album uit 1975 met hits als Hela gij bloemke, 't Geeft allemaal niks, Marietje (want in het bos daar zijn de jagers) en Als het gras twee kontjes hoog is. Dat laatste nummer was de grootste hit van de band uit de Veenkoloniën, niet zozeer vanwege de muziek, maar vanwege de tekst:

'Een flinke boerenzoon zag op een dag in mei/ Een lief en aardig meisje dwalend in de wei/ Ze plukte daar Margrietjes, die bloeiden op 't land/ Maar plotseling kwam er toen een bij en prikte in haar hand' // Als het gras twee kontjes hoog is, helahi, helahop/ Als het gras twee kontjes hoog is/ Meisjes pas dan heel goed op'.

Scabreuze Nederlandstalige popmuziek was ooit hip, mede dankzij Telstar Records vooral in de jaren zeventig en het begin van de jaren tachtig. Het is nauwelijks nog voor te stellen dat in Nederland een duo als De Slijpers heeft rondgelopen dat geld kon verdienen met Oh wat een stoot, Oh moet je 'm voelen, De Schoorsteenveger (Hup zei m'n simmetje) en Puntje d'rin puntje d'ruit.

Op internet lees ik dat Hydra is voortgekomen uit de All Beat Generation en de South River Village Band, groepen die underground en hardrock speelden. De overstap naar het Nederlandstalige repertoire werd gemaakt na de aanschaf van een te dure geluidsinstallatie waarna voor meer optredens impresario Ben Lukken uit Assen in de arm werd genomen.

Op het podium groeide een intermezzo uit tot een gimmick en de gimmick leidde tot een album bij Polydor. Ad 'De heilsoldaat' Kraamer deed de productie voor Red Bullet, Jaap 'Vrij Nederland' Vegter maakte de illustraties voor de hoes. Hydra treedt nog steeds op, sporadisch. Volgens de eigen website omvat het huidige repertoire zowel hedendaagse hit als ouderwetse tranentrekkers, maar staat de band ook open voor verzoeknummers.