
Een persbericht van het Mauritshuis in Den Haag. Het museum heeft laten onderzoeken of er verschil bestaat hoe kunstkenners en niet-kunstenaars kijken naar het schilderij Gezicht op Delft (1660/1661) van Johannes Vermeer. Het onderzoek werd verricht door bezoekers van beide groepen een eye-tracking bril op te zetten.
Wat blijkt? Er is verschil. Arts en neurobioloog Dick Swaab, die ook een bril op zette, mocht 'conclusies' trekken uit de verzamelde gegevens:
‘Iedereen kijkt in eerste instantie naar de stad, ongeacht kunstkenner of niet-kunstkenner. Mensen die weinig ervaring hebben met schilderijen schieten gelijk naar boven, beneden, van link naar rechts. Maar ze beginnen ook met kijken naar de stad, om vervolgens te focussen op verschillende dingen.’
Met andere woorden, de mijne, geïnspireerd op het denken van Schwaab: Een niet-kunstkenner zoekt op een schilderij.
Dat lijkt mij een goede kijkhouding. Wie is dit? Vermeer? Wat is het? Wat staat erop? Wat moet ik er mee? Heb ik er iets aan? Is dit mooi? Is dit knap? Is dit goed? Waar zie ik dat dan aan?
Beter misschien wel dan de houding van de kunstkenner. O, daar heb je Vermeer. Een van mijn favoriete schilders. Gezicht op Delft. Eens kijken hoe hij dat doet, die wolken, dat licht, die mensjes, die stad, die geveltjes. Ja, knap hoor. Kom, hoe heet dat water ook maar weer?
Onderaan het persbericht wordt uitgelegd wat moeten worden verstaan onder een kunstkenner en een niet-kunstkenner. Een kunstkenner gaat volgens het Mauritshuis meerdere keren per jaar of maand naar een kunstmuseum. Een niet-kunstkenner gaat maximaal 1 keer per jaar naar een kunstmuseum.