Een boek ter bestrijding van de ontlezing (2)
21-9-22
Je zou mij op de hoogte houden over dat boek van jou. Is er nog nieuws?
- Nieuws, nieuws. Dat boek van mij is wel belangrijk, maar toch ook weer niet zo belangrijk dat ik er nieuws van wil maken. Dat moet je als schrijver niet willen, nieuws maken. Dat is meer iets voor journalisten. De tekst, de autonome inhoud, die moet het doen.
Laat ik het dan anders formuleren: Hoe gaat het?
- Wel goed, denk ik. Zeker weten doe je dat nooit, ik althans niet. Ik word altijd een beetje verlegen als mensen vragen hoe het gaat. Want hoe gaat het nu echt? Wat betreft het boek, dat gaat goed. Ik heb het manuscript teruggekregen met een aantal voorgestelde correcties en suggesties. Ik vreesde het ergste, maar het valt alleszins mee. Ze zijn heel beleefd en vriendelijk bij uitgeverij kleine Uil.
Slechts twee dingen zeker: alles schrappen, en opnieuw beginnen.
- Ja, leuk, grappig. Nee. Iets eruit, tikfoutjes vooral. Twee stukken eruit, drie erbij. Als ik dat zou willen. ‘Want het is jouw boek,’ zei de redacteur op de toon van iemand die zijn handen liever niet ziet branden. Daarop ben ik er opnieuw voor gaan zitten. Het was nog een behoorlijke klus. Geeft niets. Als ik het anders had gewild, had ik beter kunnen aankloppen bij zo’n uitgeverij waar ze geblinddoekt op de printknop drukken en er een kaft omheen plakken die al opkrult terwijl jij nog met lezen moet beginnen. Ik ben door naar de volgende ronde, geloof ik.
Vorige keer maakte je je zorgen over de papierschaarste. Hoe staat het daarmee?
- Ik hoor er weinig over, maar het zal er vast nog zijn, misschien komt het weer terug. Ik heb er een andere zorg bij: de crisis. Kunnen mensen straks mijn boek nog wel kopen? Het kan zomaar dat ze het geld voor iets anders nodig hebben.
Voor de energierekening bedoel je? Het kabinet heeft plannen bekendgemaakt om die kosten te dempen.
- Dat is waar, dat is een kleine geruststelling. Zelf had ik gedacht dat als mensen een boek kopen, mijn boek, dat ze op tijd naar bed kunnen. Lekker lezen onder de dekentjes. Dat is goedkoper en aangenamer dan op de bank bij 15 graden naar een talkshow op de buis kijken of je zorgen wegzuipen in een bruinig café dat door gebrek aan personeel niet langer wordt schoongemaakt. Leerzamer ook. Win-win.
Goed bedacht.
- Dank je. Waar ik nu voor vrees, is een te zachte winter.