Een Nedersaksisch woord voor understatement
29-3-21
Geïnspireerd door de lancering van het Platform Nedersaksisch, komende dinsdag, keek ik via Youtube het webinar Nedersaksisch Mooi te kiek’n van de IJsselacademie terug. Het zag er een beetje knullig uit, maar had wel degelijk iets te bieden. Met name de bijdrage van Harrie Scholtmeijer was interessant en dan vooral toen hij over te spreken kwam over het understatement, een Angelsaksisch woord voor de gewoonte om iets afvlakkend uit te drukken.
Meest bekend in Noordoost-Nederland is de uitdrukking 't kon minder, terwijl bedoeld wordt dat het juist heel goed is. Of was. Ander voorbeeld is de uitdrukking maj je hier wel wezen, wat bedoeld is als vraag of je wel naar de zin hebt. Scholtmeijer wees ter verdere verduidelijking op een regel uit Op fietse van Skik, een nummer waarin het weer, Zuidoost-Drenthe, het fietsen en dus het leven wordt bezongen: 'k zol haost zeggen, jao het mag wel zo.
Volgens Scholtmeijer is deze afvlakking typisch Nedersaksisch. Of dat werkelijk zo is, waag ik te betwijfelen. Ik ben in afwachting van antwoord. Wat in de tussentijd intrigerend is, vind ik, dat het past bij bescheidenheid en een neiging om zaken kleiner te maken, om minder hoog van de toren te blazen. Het zijn zegswijzen die bagatelliseren, relativeren en nivelleren.
Van dat laatste wordt wel gezegd dat het Calvinistisch is, dat je de kop niet boven het maaiveld moet steken, omdat alleen God groter is.
Jammer dat er geen Nedersaksisch woord voor is. Misschien komt dat nog. Nou ja, toe maor.