Veel is vervelend in deze tijd, maar soms leveren de coronamaatregelen leveren ook iets goeds op. Zoals Met open mond.
Op 21 december stuurden Dieuwertje Mertens en Erik Jan Harmens de eerste aflevering van hun poëziepodcast de wereld in. Dat ging gepaard met kinderstemmen die luisteraars opriepen 'wakker te worden' en een soundscape van Ido Harmens, misschien wel de broer van Erik Jan.
Het ging ook gepaard met getimmer. Mertens bleek voor aanvang bezig met het ophangen van een lijstje met een gedicht dat ze tijdens de eerste lockdown van Harmens had gekregen. Het had haar en Harmens op het idee gebracht elkaar beurtelings een gedicht plus een toelichting 'te schenken'. Niet om aan de muur te hangen, maar voor het oor. Als voordracht dus.
In aflevering 1 schonk Mertens het gedicht Elkaar van Bernke Klein Zandvoort. In aflevering 2 gaf Harmens haar het gedicht Zorro herinnert zich de dierbaarste herinnering uit zijn kinderjaren van Rodaan Al Galidi cadeau. In aflevering 3 ontving hij Sneeuw van Anne Sexton. Afgelopen dinsdag kwam het 27ste gedicht voorbij: Wie is er bang van Anneke Claus.
Met open mond is als podcast zeer geslaagd. Hoewel Mertens en Harmens doen voorkomen alsof sprake is van onderonsjes, het kooswoord 'lief' gaat zo vaak over en weer dat Arjan Peters er verlegen van zou worden, hebben we in de praktijk te maken met openbare minicolleges. Daarin wordt de kwikzilverigheid van poëzie steeds weer opnieuw gedemonstreerd.
De manier waarop Mertens over gedichten vertelt, bevalt mij het beste. Elke keer kijkt ze dankbaar het gegeven paard in de bek, zegt ze iets over wat poëzie volgens haar allemaal vermag en slaat ze een bruggetje naar het gedicht dat ze aansluitend voorleest. Is ze klaar, dan begint ze te analyseren, interpreteren en te associëren. Met open mond is op een prettige manier feitenvrij. Tot slot leest ze het gedicht nog een keer voor.
Harmens hanteert een lossere aanpak, lijkt ook minder zeker van zijn zaak. Niet zelden kiest hij een gedicht van iemand waar hij mee heeft opgetreden (Vinkenoog, Bontebal) of van iemand die een rol heeft gespeeld in de ontwikkeling van zijn schrijverschap (Roemer). Voor de behandeling van Infante van Ilja Leonard Pfeijffer schakelt hij zijn zoon in. Als hij een keer niet kan slapen, fluistert hij Nacht, schenk een zwarte vrede van Mies Bouhuys.
Elke aflevering duurt ongeveer vijftien minuten. Die met Cluus, waarin ze zelf haar gedicht voorlas, was na elf minuten voorbij. Tussendoor wordt de luisteraar onregelmatig bij de les gehouden met ingelaste geluidsfragmenten. Zoals giebelende kinderstemmen, de slepende hiphopbeats van broer Ido en, bijvoorbeeld, een sample uit Let's talk about sex van Salt-n-Pepa tijdens de voordracht over Dit is de stem van mijn worgengel van Fritzi Harmsen van Beek. Veel luisterplezierrrrr.