
Ik voel me schuldig
– Waarover?
Nou, ik hoor en lees de laatste tijd steeds meer over complottheorieën, alternatieve feiten, nepnieuws, demonstraties, protesten en aanvallen op de mainstream media. Ik heb het gevoel dat ik er een rol in speel.
– Hoe bedoel je?
Dat ik een bijdrage lever aan wat de polarisatie wordt genoemd, aan het onbehagen dat oplaait en de kloof die groeit. Dat ik door mijn werk medeverantwoordelijk ben aan de chaos.
– Maar jij bent toch van de mainstream media? Dan sta je toch aan de goede kant?
Het is maar vanuit welke kant je het bekijkt. Ik heb een paar jaar geleden Tom Zwitser geïnterviewd van uitgeverij De Blauwe Tijger. Die uitgeverij wordt nu door de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid genoemd als doorgeefluik van anti-overheidspropaganda, nepnieuws en complottheorieën.
In dat interview kaartte Zwitser inderdaad zaken aan die zo kunnen worden opgevat. Ik als interviewer wierp tegen dat hij denkfouten maakt en waarschuwde hem dat lezers zouden denken dat hij gek is. Hij dacht daar anders over. En dat heeft de krant gehaald. Zo is het kwaad geschied. Mede omdat ik hem aan het woord heb gelaten.
– Volgens mij overschat je jouw invloed. Wie leest jouw stukken?
Ik ben een micro-influencer, als je daar soms op doelt. Dit voorjaar interviewde ik Elbert Westerbeek, iemand die ook zonder geel hesje in het torentje van Mark Rutte heel andere ideeën heeft over hoe het in Nederland en de wereld verder moet. Hoewel ik ook in dat interview kritisch heb geprobeerd te zijn, kwamen zíjn ideeën duidelijk en leesbaar in de krant. Hij was er zelf, meen ik, niet eens zwaar ontevreden mee. Hij betreurde het alleen dat hij geen carte blanche had gekregen, dat er een paar eindredactionele ingrepen waren gedaan om het passend en leesbaar te maken. Zijn volgers op Facebook vonden het geweldig. De door mij weergegeven ideeën zouden door anderen als alternatieve feiten of zelf nepnieuws kunnen worden opgevat. En wie heeft ze verspreid? Ik, zei de gek.
– Het zal wel loslopen.
Het zorgelijke is, er zit een patroon in. Bij mij. Hoeveel kunstenaars ik de afgelopen jaren niet hebt geïnterviewd die met hun kunst willen ontregelen. Tientallen, honderden. Ik zag er geen kwaad in. Mij leek het heel goed als voorstellingen, exposities of boeken zaken ter discussie stellen. Hoe vaak ik niet werkwoorden heb gebruikt als wringen en schuren. In positieve zin. Ik wist niet beter, maar het effect is omgekeerd. Het leidt tot verwarring. Het drijft ons uiteen. Precies wat de Russen willen.
En komende vrijdag breng ik in de krant boeken onder de aandacht waarin wordt uitgelegd dat je poëzie niet op één manier maar op verschillende manieren kunt lezen. Dat meerduidigheid juist zo goed is aan poëzie, dat persoonlijke interpretaties zijn toe te juichen. Vrijheid blijheid. Iedereen zijn eigen waarheid.
– Nu draaf je door.
Vergeef me. Ook ik weet niet wat ik doe. Het zijn de tijden. Die veranderen. En verwarren. Waar is God als je hem of haar nodig hebt?