Waardeer het. Repareer het? Ik probeer het
Leest 'En in de nacht een riem' van Chrétien Breukers

Daar zijn ze: de kansen door krimp

Ik ontving een uitnodiging van het Kenniscafé Emmen met in het onderwerpveld de woorden 'Kansen door Krimp':

"Op 13 november komt dr. Hans Elshof met concrete cijfers over de krimp in onze regio. De focus van dr. Elles Bulder zal liggen op hoe we kunnen experimenteren met oplossingen voor de vraagstukken waar bevolkingskrimp, dubbele vergrijzing en ontgroening ons voor plaatsen. De avond wordt gepresenteerd door Elly van der Klauw, projectleider van het Kennisnetwerk Krimp Noord-Nederland."

Krimpgebieden

Daar wil ik bij zijn.

Ook omdat ik onlangs een zeer interessant artikel mocht lezen in een nog te verschijnen nummer van tijdschrift Poze. In het stuk vertelt Gerard Stout op basis van andermans publicaties en eigen waarneming over de demografische ontwikkeling van Zuidoost Drenthe. Stout laat zien dat in deze regio altijd al sprake is geweest van een komen en gaan van mensen en vooral dat de overheid daarbij een paar maal een zeer sturende rol heeft gespeeld. Soms op het dubieuze af.

Zoals in de jaren dertig toen de armlastige gemeente Emmen door Den Haag werd gedwongen werklozen naar het Duitsland van Hitler te sturen. Citaat:

"Aan arbeiders die werk in Duitsland weigerden, mocht geen steun worden verleend en zij moesten worden uitgesloten van de werkverschaffing. Het gevolg hiervan was, dat al in 1937 enige duizenden Emmenaren in Duitsland werkten. Sommigen vlak over de grens in de veenderijen, anderen verder weg in het Roergebied.

De politieke situatie in Duitsland, de dictatuur en de jodenvervolgingen speelden bij de besluitvorming inzake de tewerkstelling in Duitsland, noch in Den Haag, noch in Emmen een rol van betekenis. De Arbeitseinsatz tijdens de bezetting zette in Emmen eenvoudig voort wat al jaren gebruikelijk was."

Zoals in de jaren vijftig toen de gemeente Emmen de werkloosheid in Zuidoost-Drenthe bestreed door migrabele werklozen weg te sturen. Citaat:

"Onder een “migrabele arbeidskracht” wordt verstaan: “Hij, voor wie geen enkele omstandigheid wezenlijk belemmerend werkt zich op korte termijn (met zijn gezin) in een andere streek van het land blijvend te vestigen.” Wie gezond was en geen dringende reden had om in Emmen te blijven moest vertrekken, op straffe van geen uitkering."

Even verderop in het stuk:

"De migratieregelingen stelden zich expliciet de bestrijding van de werkloosheid in de probleemgebieden tot doel, maar het is de vraag in hoeverre hier iets van terecht gekomen is. Het beleid richtte zich immers niet op de oorzaken van de werkloosheid (de sociaalekonomische onderontwikkeling), maar op de symptonen (de arbeidersoverschotten). Van een fundamentele bestrijding van de werkloosheid was derhalve geen sprake.

Veeleer kan men stellen, dat het migratiebeleid de problemen nog heeft verergerd, doordat de werking van de migratieregelingen voornamelijk het vertrek van jongere werknemers en hun gezinnen stimuleerde. Dit leidde tot “brain drain” en vergrijzing in de probleemgebieden, hetgeen hetgeen de sociaal-ekonomische ontwikkeling verder belemmerde, en waardoor deze gebieden met een struktureel moeilijk plaatsbare arbeidsreserve bleven zitten.

Wie nu terugblikt op dit brokje migratiehistorie, kan zich moeilijk aan de indruk onttrekken, dat het gevoerde beleid aanmerkelijk gunstiger was voor de ekonomische groei van West-Nederland  dan voor de  achtergebleven landsdelen."