Leest 'De onderstroom' van Hans Münstermann
13-11-18
Voor het eerst lees ik een boek van Hans Münstermann, de schrijver die zich in 2006 dankzij de AKO Literatuurprijs nationaal bekend mocht wanen, maar daarna weer werd opgeslokt door het peloton der hardwerkende auteurs. Raadpleging van de Literom, en dan vooral de recensies van Arie Storm in Het Parool, leert dat Münstermann ook na 2006 bijzondere boeken is blijven schrijven.
Dat laatste geldt zeker De onderstroom, een subtiele en boeiende roman die is verschenen bij uitgeverij De Kring. De mensen van dit bedrijf mailden een paar weken geleden om 'ons' op dit boek te attenderen. Ze vertelden daarbij dat het deels geïnspireerd zou zijn op de verdwijning van de in Oost-Groningen geboren kunstenaar Bas Jan Ader (1942 – 1975). Daar deden ze goed aan, want met Bas Jan Ader kun je in onze krant bijna altijd aankomen.
De onderstroom begint raadselachtig, vooral omdat tijd en ruimte in nevelen zijn gehuld. We krijgen te maken met een ik-figuur die in een mensenmassa wordt aangesproken door een Duits sprekende jongeman. De ik-figuur herkent de jongeman van een executie in een bos jaren geleden, waar hij, de ik-figuur, is doodgeschoten. Als de twee mannen de verbazing te boven zijn, raken ze aan de praat en neemt de jongeman 'het slachtoffer' onder zijn hoede.
Wat volgt is een dwaaltocht op een boot door de grachten van Amsterdam, waar nog meer dolende zielen bij aanwezig zijn. Allemaal zijn ze afkomstig uit verschillende tijden, hebben ze verschillende herinneringen en verlangens om er achter te komen wat er voor en vooral na hun dood is gebeurd. In het geval van de ik-figuur, die Hemmo Koopman heet, komen we er achter dat hij tijdens de Tweede Wereldoorlog in het verzet gezeten heeft.
De manier waarop Münstermann dit klassieke gegeven beschrijft is voortreffelijk. Pagina's achtereen creëert hij een functionele verwarring, die gedurende de vertelling weliswaar minder wordt, maar toch als hardnekkige mist in het boek blijft hangen. Op heldere momenten wordt duidelijk dat Hemmo in de oorlog zijn vrouw en zijn tweejarige zoontje heeft moeten achterlaten – net als de vader van Bas Jan Ader. Met hulp van de Duitse jongeman probeert hij ze terug te vinden.
De onderstroom wordt nog interessanter als tijdens de zoektocht van vader Hemmo blijkt dat diens zoon Paul in de jaren zestig kunstenaar is geworden en ook is verdwenen. Denkend aan Bas Jan Ader meent de lezer dan te weten hoe het zit en verdergaat. Op dat punt aangekomen stuurt Münstermann de boot met de dolende zielen zo bij dat er een nieuwe verwarring ontstaat: wie zoekt nu wie en met welk doel?
Nu weer verder lezen.