Camera gezocht voor de 'Galp' van Egbert
13-7-17
In 2007 wandelde ik met een groep schrijvers en dichters zeven dagen door Drenthe op zoek naar de literaire wortels van de provincie. Er is later een boek van gemaakt, door Anton Scheepstra van uitgeverij Passage. Het ligt hier op tafel.
Ik denk aan de 'Zeuvendaagse' omdat ik gisteren een mail ontving van Egbert Hovenkamp II. Egbert dook destijds op in Eext halverwege de route Gieten – Schipborg, waar hij in een herberg De Rustende Jager een voordracht verzorgde. Ik citeer uit mijn verslag voor de krant van destijds:
"De naar patchouli ruikende boomlange Egbert Hovenkamp is in Eext geboren. Hij draag in zijn dorp het gedicht Galp voor, een bewerking van Howl van beatdichter Allen Ginsberg. Onder het gebint van De Rustende Jager declameert Hovenkamp zich in trance met regels die bol staan van zelfdestructie. Alles wat God verboden heeft komt voorbij, in onversneden Drents."
Ik was zeer onder indruk van Hovenkamp en zijn Galp. Zo zeer dat ik nog vaak met spijt terugdenk aan het moment waar géén filmopnamen van zijn gemaakt. Er werd geschiedenis geschreven, zoals dat heet, een kleine geschiedenis, een Drentse geschiedenis, en het werd weer eens niet vastgelegd. We de literaire wortels van de provincie, we stonden erbij, we keken er naar. Later zou Hovenkamp uitgroeien tot het taalwevende fenomeen dat hij nu is.
Morgen, vrijdag, zo lees ik in de mail, gaat Galp sinds lange tijd weer klinken. Hovenkamp II brengt zijn 'triantaoling' van Allen Ginsberg's Howl ten gehore bij de opening van de groepsexpositie Things I have learned in SMAHK aan de Venestraat 88, Assen. Aanvang 16.00 uur. Nu maar hopen dat er voldoende tijd is om een camera met een goede microfoon te regelen.
De foto's in het Zeuvendaagse-boek overigens zijn in stemmig zwart-wit, grofkorrelig, dus zeg maar grijs. Op een aantal meen ik mezelf te herkennen, steeds nadenkend met blik gericht op het wegdek, nooit eens opgewerkt de neus in de wind. Het is nu tien jaar later en ik begin krom te trekken. Maar het had erger gekend. Om Ginsberg te citeren:
I saw the best minds of my generation destroyed by madness, starving hysterical naked,
dragging themselves through the negro streets at dawn looking for an angry fix,
angelheaded hipsters burning for the ancient heavenly connection to the starry dynamo in the machinery of night,
who poverty and tatters and hollow-eyed and high sat up smoking in the supernatural darkness of cold-water flats floating across the tops of cities contemplating jazz,
en zoverder.