Met Maarten Baas in het Groninger Museum
Straatpoëzie in Coevorden

Oet tied - Jan Jansz. de Stomme

Oet Tied
Afgelopen week deelde directeur Andreas Blühm van het Groninger Museum tijdens een bijeenkomst een boekje uit getiteld Grunnegs Museum. In de uitgave, samengesteld door conservator Egge Knol en streektaalman Henk Scholte, staan zo'n honderd afbeeldingen van voorwerpen uit de collectie van het Groninger Museum met daarnaast, en daar gaat het om, vijf woorden die naar het voorwerp verwijzen.

Het meest prominent afgedrukte woord is steeds in het Gronings. De Nederlandse, Engelse, Duitse en Franse vertalingen worden bescheidener gepresenteerd. "Het is bedoeld om te laten zie wie we zijn en waar we vandaan komen", verklaarde Blühm die in een moeite door van een taaloefening sprak. Hij was trots op het boekje, dacht ik te zien. Misschien ook omdat hij zelf naar Keuls voorbeeld het idee had aangereikt en de Duitse woorden had mogen aanleveren.

Later op de dag schreef ik een klein stukje over Grunnegs Museum voor de website en de papieren uitvoering van Dagblad van het Noorden. Dat ging tussen de bedrijven door, er moest meer gedaan die dag. Blühm presenteerde ook zijn jaarprogramma en er kon nog een tentoonstelling worden bekeken. Denkend dat stukjes zo snel mogelijk in publiciteit moeten worden gebracht, gunde ik mezelf geen de tijd het boekje nader te bestuderen.

Gisteravond ging ik er voor zitten. Bij de de letter 'T' - Grunnegs Museum volgt het alfabet – trof ik een afbeelding van een schilderijtje gemaakt door de in Franeker geboren, maar in Groningen overleden Jan Jansz. de Stomme (1615 – ca 1657). Het paneeltje zit sinds 1899 in de museumcollectie. Ik had het nooit eerder gezien. Nu viel het oog er op dankzij de keuze van Egge Knol, de vormgeving van Rudo Menge en Henk Scholte die het inspireerde tot de uitdrukking 'Oet tied'.