Kapitein Kolk spreekt, Erik Harteveld vertelt in Vrijdag
Op komst: FestivalDerAa 2016 Schipborg

Het Pauperparadijs: geen woorden maar daden

Ook wij zijn naar Het Pauperparadijs in Veenhuizen geweest. Ook wij zagen de muziektheatervoorstelling naar het gelijknamige boek van Suzanna Jansen over haar betovergrootouders Cato Braxhoofden en Teunis Gijben. Tussen alle regenponcho's zagen wij Suzanna Jansen zelfs in het echt, in haar hoedanigheid als dramaturg.

Tribune Pauperparadijs
In de recensies die de afgelopen dagen over het stuk in de kranten zijn verschenen las ik loftuitingen voor de muziek van Lavalu, het decor van Michiel Voet en het spel van Paul R. Kooij, Steyn de Leeuwe en Margreet Boersbroek. Allemaal volkomen terecht, voeg ik er aan toe, voor wat het nu nog waard is.

Vanuit Drents perspectief komt daar iets bij. Niet eerder zag ik in deze contreien een zo'n groots opgezette theatervoorstelling waarin een nationale geschiedenis, in dit geval het even idealistische als dramatische ontstaan van onze verzorgingsstaat, zo recht werd gedaan voor een breed publiek. Voorwaar een slimme aanvulling op het bidbook om de Koloniën van Weldadigheid erkend te krijgen als werelderfgoed.

Ik vernam in voornoemde recensies de kritiek op de manier waarop regisseur Tom de Ket vanuit de negentiende lijnen naar het heden trekt. Hij doet dat niet alleen door Mauro erbij te slepen, maar ook door Paul R. Kooij te laten verklaren dat de dubbele rolbezetting in het stuk een voortvloeisel is van de magere subsidiering door 'het gouvernement'. Het leverde hem prompt een klein, spontaan applausje op.

Ik heb de bedragen niet paraat, maar bij mijn weten heeft de provincie Drenthe met minimaal 100.000 euro diep in de buidel getast om deze voorstelling mede-mogelijk te maken. Ook staat mij bij dat het Fonds Podiumkunsten 75.000 euro in dit paradijs heeft gestopt. Klein bier op een begroting die richting de twee miljoen euro gaat. Maar, ik mag het graag zeggen, klein bier is ook bier.

Geheel los daarvan is het te prijzen dat De Ket en Jansen dit sociale drama breder trekken dan de negentiende eeuw waarin het feitelijk heeft plaatsgevonden. De problematiek die in Het Pauperparadijs wordt behandeld, is weliswaar van uiterlijk veranderd, in de kern bestaat de kloof tussen arm en rijk nog steeds. Erger, de fuik van het verdwijnende perspectief drijft nog steeds onder het oppervlak.

Verschil is dat de pogingen die in het neoliberale tijdperk worden ondernomen om de kloof te verkleinen en de fuik open te knippen zo versnipperd zijn dat ze nauwelijks nog als geloofwaardig en daadkrachtig overkomen.

Het zal een persoonlijke afwijking zijn, maar ik hou er van als kunstenaars zich expliciet uitspreken en de werkelijkheid willen veranderen, omdat die werkelijkheid niet strookt met idealen en een gevoel voor rechtvaardigheid. Kunst die meer wil dan 'de werkelijkheid onderzoeken', heeft in principe mijn sympathie. Iets doen is soms beter dan praten.

Dus: op naar Veenhuizen. Het kan nog tot en met 7 augustus. En u mag, anders dan Cao en Teunis, naar afloop weer gewoon naar huis. Verrijkt. Dat heet vooruitgang.