Boze meneer over het vertrek van De Toyisten
1-5-15
Een boze meneer aan de telefoon. Dagblad van het Noorden had volgens hem te weinig aandacht besteed aan het vertrek van De Toyisten uit Emmen. "RTV Drenthe stond uitgebreid stil bij dit nieuws, compleet met een reactie van een teleurgestelde Hans ten Cate en commentaar van wethouder Wilms. En wat doen jullie? Niets!"
Dat laatste is niet helemaal waar. Op de cultuurpagina staat vandaag een berichtje over de op handen zijnde verhuizing naar Groningen. In alle edities, toch een publiek van minimaal honderdduizend lezers. Een van de Toyisten wordt in dat stukje geciteerd: "De mogelijkheden en kansen in Emmen zijn volledig benut en onze ambities reiken verder."
Al met al tamelijk afdoende. Voorlopig.
De meneer dacht daar heel anders over. "We hebben het hier over de belangrijkste kunststroming die Drenthe heeft voortgebracht. We hebben het hier over mensen die De Stip hebben beschilderd en Hotel Ten Cate. Iconen. Ze hebben Emmen op de kaart gezet. Dat ze nu weggaan, juist nu Emmen culturele gemeente van Drenthe is, is een zeer slechte zaak."
Ik probeerde de opwinding te sussen door er op te wijzen dat De Toyisten een internationaal opererende groep vormen, met leden over heel de wereld. Dat er nu dan één van die leden Emmen naar Groningen verhuist, wil niet zeggen dat de rampspoed aanbreekt. Wie weet verhuizen die andere Toyisten voortdurend. Daar hoor je nooit iemand over.
Bovendien zijn De Toyisten van de soort die zomaar kan opduiken als er ergens een voorwerp gedecoreerd kan worden. Een silo, een muur, een olifant of een bioscoop. Daarbij wordt De Stip binnenkort opnieuw beschilderd. Emmen is nog niet van ze af.
Daar ging het volgens de meneer niet om. "Het gaat er om dat Emmen er minder van wordt", zei hij. "Er is hier al zoveel verdwenen. Full Colour gaat niet door. Blanco mag geen concerten meer organiseren en laatst moest de jeugdtheaterschool ook al sluiten. De boel stort in elkaar waar je bij staat."
De opmerking dat de jeugdtheaterschool in Emmen een doorstart maakt, leek de meneer niet te willen horen. Hij begon uit te varen over het cultureel klimaat in Zuidoost-Drenthe. "Dat Emmen wel 400.000 euro over heeft voor een weekje waarin de nationale kampioenschappen wielrennen worden gehouden, en slechts 150.000 euro voor anderhalf jaar culturele gemeente, dat deugt van geen kant."
Nadat hij begon te voorspellen dat de nieuwe theaterdirecteur in Emmen een kat in de zak zou blijken, adviseerde ik een ingezonden brief te sturen. De krant staat altijd open voor frisse inzichten, zei ik erbij. We hebben daar een opiniepagina voor. Dat hoorde de meneer wel, maar echt begrijpen deed hij het niet.
"Zelf een stuk schrijven?", reageerde hij. "Daar ben ik toch geen abonnee voor geworden? Daar betaal ik u toch voor?"