Hagel, regen, een frisse wind – om niet te zeggen koud. En toen de dag ten einde liep steeds meer zon. Het was 'weer voor alle mensen', afgelopen zaterdag tijdens het Blaasmuziekfestival dat ter gelegenheid van Emmen als culturele gemeente van Drenthe werd gehouden.
We beleefden een curieus evenement. We konden weliswaar tussen pakweg 10.30 en 16.00 uur op vier locaties zeventien (!) verschillende muziekgezelschappen uit de regio bezig zien, maar merkten opvallend weinig van de enthousiasmerende festivalsfeer waar Zuidoost-Drenthe zich zo graag op laat voorstaan.
Dat lag niet aan de weersomstandigheden en bijbehorende publieke belangstelling, en ook niet aan het ontbreken van een bruisend randprogramma. Het had – vermoedelijk, zeker weten is altijd gevaarlijk, verwachtingen zijn altijd persoonlijk – met het onderliggende idee te maken. Op papier heette het zo: laten zien en horen hoe leuk het is om in een muziekkorps te spelen.
Aan zo'n festivalconcept kleven nadelen. Een kenner van hafabra-muziek schiet er bijvoorbeeld niks mee op, die weet allang hoe 'leuk' spelen in een korps kan zijn. En voor een doorsnee muziekliefhebber zijn dit soort vrijblijvende demonstraties veel te vrijblijvend. Leuk is een onbruikbaar begrip, niet direct iets om een lange autorit voor te maken.
Over de kwaliteit van de optredens zegt dit alles uiteraard weinig. Om tot slot ook daar nog iets over te zeuren: die wisselde. Met als uitschieters naar boven De Bazuin uit Schoonebeek, De Woudklank uit Zuidwolde en Euterpe uit Emmen, op de Markt naast de muziekkoepel. En vooral het optreden van Big Band Emmen onder een opblaasbare overkapping op het Noorderplein.