Maak het rijke Holland tot een wingewest
9-3-14
Afgelopen week werd Daniël Lohues geïnterviewd door NRC/Next en dus ook NRC/Handelsblad. Aanleiding was het verschijnen van diens nieuwe album D en de daaraan gekoppelde tournee langs de theaters. Voor wie Lohues een beetje op de voet volgt stond er weinig nieuws in. Toch is een aantal uitspraken van de bebaarde bard uit Erica goed voor een tweede leven. We citeren RTV Noord:
"Daniël Lohues heeft een interview in de NRC over zijn album D aangegrepen om te wijzen op de gaswinning in het noorden. Ook de Veenkoloniën waren volgens hem vroeger een wingewest. 'In Amsterdam zou men zich eens af moeten vragen waar hun grachtenpanden van betaald zijn', zegt hij.
Volgens Daniël Lohues is het 'een Hollandse traditie om uit een bepaald gebied geld te genereren en dat in Holland te investeren. De Veenkoloniën in het noorden, de mijnen in Limburg, dat waren net zo goed wingewesten als Indonesië en Suriname'. "
Citeren is altijd hachelijk, maar wat Lohues hier volgens mij probeerde te zeggen is dat rijkdom en welvaart niet gelijk verdeeld zijn in Nederland. En daar heeft hij gelijk in. Wie in Zuidoost-Drenthe woont, of in Noordoost-Groningen, weet er alles van.
Daar, zeg maar gerust hier, is de werkloosheid hoger, zijn de kansen op een baan minder, dalen de huizenprijzen harder, zijn meer mensen afhankelijk van een uitkering, trekken jongeren eerder weg, vestigen zich minder bedrijven, zijn minder banen, is minder werk, zijn de inkomens lager, de huizen goedkoper, de mensen armer et cetera.
Maar komt dat door het Westen, door Amsterdam? Zijn ze daar rijker doordat ze 'bepaalde regio's' hebben gebruikt als wingewest? De armoede achter de IJssel is niet minder ernstig dan voor de IJssel. Ik vrees dat de werkelijkheid iets ingewikkelder in elkaar steekt.
Neem het turf in Zuidoost-Drenthe. Inderdaad hebben veel Hollanders turf in hun kachel opgestookt. Terwijl 'wij' nog een extra trui en een paar geitenwollen sokken aantrokken, kwam een aantal Hollanders met dure financieringsmaatschappijen naar Drenthe. Ze namen arbeiders in dienst, uit Duitsland, Overijssel en Friesland, lieten ze kanalen aanleggen, groeven het veen af, stichtten dorpen die ze namen gaven als Nieuw-Amsterdam en Nieuw-Dordrecht. En vertrokken ze weer toen de kachel ook op steenkool bleek te branden.
Nee, dan de Groningers. Nadat de ommelanden waren afgegraven kwamen ook zij met hun financieringsmaatschappijen naar Drenthe, namen ook zij arbeiders in dienst, lieten ook zij kanalen aanleggen, groeven ze het veen af, stichtten dorpen die ze namen gaven als Klazienaveen en, verrassing, Klazienaveen-Noord. En vertrokken eveneens toen de kachel ook op steenkool bleek te branden. Maar waarom hoeft niemand zich in Groningen af te vragen waar de panden binnen de Diepenring en het Scholtenshuis van zijn betaald?
Ergens in de negentiende eeuw is in de Tweede en de Eerste Kamer, volgens het krakkemikkige systeem dat de Nederlandse democratie nu eenmaal is, met meerderheid van stemmen bepaald dat de opbrengsten van bodemschatten uit Nederlands grondgebied aan de Staat toevallen. Dit betekent dat de energieopbrengsten in de vaderlandse schatkist terecht komen om vervolgens, door de gekozen regering te worden verdeeld over het land.
Daar de meeste stemmen gelden, en de meeste stemmen in Holland gehoord worden – het is me daar een geschreeuw, je moet het niet willen weten, er naar luisteren is nog veel erger – gaat het meeste geld naar Holland. Geheel volgens democratische procedures. Als we het anders willen, dan moeten we het anders regelen, via de democratische weg, met een meerderheid van stemmen. Maar dat standpunt, van de fundamentele staatkundige verandering, wordt door geen politieke partij uitgedragen.
Geld en democratie. Aan beide is eeuwig gebrek.
Maar er gloort hoop. Juist nu het Slochterenveld leeg begint te raken en de Noordoost-Groninger huizen instorten omdat fundament onder de welvaart is opgestookt. Nog even en straks komt uit 'het Noorden' helegaar geen energie meer om metrotunnels, HSL-lijnen en Zuid-assen van aan te leggen. Die paar windmolens in de omgeving van Stadskanaal – waar komt die naam toch vandaan? – leveren nooit genoeg op om, zeg, het Amsterdamse trambedrijf overeind te houden.
Maar ook daar is een oplossing voor. Wat te denken van een kerncentrale? Bijvoorkeur zonder lek. Ergens bij de Amsterdam Arena? Scheelt ook weer transportkosten.
En dan nu: lekker van de zon genieten.