Emmen heeft zich deze zomer vermaakt met de muziekkoepel op de Markt. Het verwaarloosde muziekpodium zou moeten wijken voor een herinrichting. Want volgens wethouder Ton Sleeking verdient 'ook dit deel van het centrum een opknapbeurt'. De eigenaar van de koepel – ondernemersvereniging Emmen Vlinderstad – zag aanvankelijk geen bezwaar. Totdat een 'initiatiefgroep' zich ermee ging bemoeien.
De
zomer is inmiddels meteorologisch ten einde, het vertier rond de koepel
gaat gewoon door. Maandag had 'de initiatiefgroep' via de facebookpagina Muziekkoepel
Centrum Emmen bijna achthonderd steunbetuigingen ('likes') verzameld. Eveneens maandag zette
luis in de pels Gerard de Kleine zijn geslepen bronzen pen in de voorzitter van Vlinderstad.
En vandaag, dinsdag, wordt tussen 16.00 en 19.00 uur in de Grote Kerk een inspraakbijeenkomst gehouden over de gevreesde veranderingen op de Markt.
Let wel: in de Grote Kerk, niet in de koepel.
Emmen heeft nooit veel met de muziekkoepel opgehad – alle recente, spontane steun te spijt. Zonder de plannen van Sleeking had zich niemand om de koepel bekommerd. Tekenend is in dit geval dat harmonie Euterpe – opgericht in 1907 – de koepel al jaren links laat liggen en zich ook nu niet in de discussie mengt. Terwijl Euterpe de eerste bespeler was van wat de Emmer Courant ooit 'een monumentale tempel der tonen' noemde.
In haar boek Emmen, het groote vreugdeoord beschrijft Cis Hoek hoe een klein groepje cultuurliefhebbers in de jaren dertig hemel en aarde moest bewegen om überhaupt een koepel in Emmen gebouwd te krijgen. De mode leek aan Emmen voorbij te gaan, pas na lang zeuren en inzamelen kwam het benodigde geld bijeen. Vanaf 1934 werden een paar zomers wekelijks concerten gegeven. Daarna werd het weer stil.
In
Drenthe staan nu nog negen koepels. Alleen die in Emmer-Compascuum, Annen en
Assen worden regelmatig voor muziek gebruikt. Niet zonder reden. De andere
koepels – dus ook die in Emmen – hebben geen gesloten achterzijde en zijn akoestisch
nauwelijks geschikt voor het geven van concerten in de openlucht. De beoogde
spelers, harmonie en fanfare, weten dat ze beter tot hun recht komen in zalen.
Maar het zit niet alleen in de akoestiek, het zit ook in de programmering. De eigenaar van de Emmer koepel heeft niet alleen verzuimd onderhoud te plegen, ook is 'vergeten' dat de koepel serieus en structureel gebruikt dient te worden. Dat hoeft niet alleen met live-muziek te zijn. Je kunt er een doodskist in zetten, zoals dit voorjaar tijdens het protest in Emmen tegen bezuinigingen op de Thuiszorg. Het kan ook met filmvertoningen, zoals onlangs werd bewezen tijdens festival Noorderzon in Groningen.
Zowel de eigenaar als 'de initiatiefgroep' lijkt tot dusver nauwelijks verder gekomen dan het roepen van 'Stop!, Ho! en Halt!'. Een serieus (business)plan voor restauratie ligt niet op tafel, zelfs niet in concept – of het moet geheim zijn gehouden. Of heet een Facebook-pagina tegenwoordig een plan? Er bestaat weliswaar een idee over verkoop voor 1 euro en er is een brief op hoge poten aan politieke partijen, maar een plan hoe de noodzakelijke programmering in de toekomst betaald zou moeten worden, ontbreekt.
Bewust of onbewust is de koepel tot symbool gemaakt van het verzet tegen de veranderingen in het centrum van Emmen.
Inderdaad, er 'is al zoveel historie uit Emmen verdwenen'. Sterker: die verdwijnende historie hoort bij Emmen. Het dorp heeft zijn moderne uitstraling voor een belangrijk deel te danken aan het principe 'afbreken en opnieuw beginnen'. Vooral waar het objecten betreft die niet voldoen en hun functie – om wat voor reden dan ook; economisch, planologisch – zijn kwijtgeraakt. Denk aan de keten, de kippenhokken en de Es. Denk aan de Traverse, het Roze Hotel en de Dierentuin.
Het
zou anders zijn als de koepel op de Markt op de lijst van gemeentemonumenten zou
staan. Of als de koepel naar een bijzonder ontwerp was gebouwd, zoals die in
Emmer-Compascuum. Maar daar is geen sprake van. We hebben het hier over een
vervallen bouwwerk, dat zijn functie door desintresse is kwijtgeraakt. Dat
zonder plan en programmering geen publiek en geen toekomst heeft. Zelfs niet als dat bouwwerk
wordt afgebroken en elders, in het Mensenpark, opnieuw wordt begonnen.