Alsof we hem reeds vergeten zouden zijn. Zondag wordt in Wehe-den Hoorn C.O. Jellema herdacht, de in 2003 overleden dichter en essayist. Om te beginnen met de expositie Rondom gedichten van Cor in galerie Jacoba Wijk waar schilderijen en tekeningen worden getoond van klinkende namen. En de presentatie van het boekje C.O. Jellema over realisme in de beeldende kunst.
Het is slechts één van de vele momenten deze maand waarop Jellema (1936) naar voren wordt geschoven. Want volgende zaterdag gaat een tweede tentoonstelling open. In Minerva presenteren dan jonge kunstenaars en dichters hun onderzoek naar de betekenis van de man die klassiek, mystiek, romantiek en alledaagse twijfel in zijn gedichten en essays stopte. Een dag daarna worden vijf bibliofiele uitgaven gepresenteerd.
Het is een beetje uit de hand gelopen, zegt Gerben Wynia. "Klaas Noordhuis (weduwnaar van Jellema, red.) belde om te overleggen hoe we stil konden staan bij het overlijden, deze maand tien jaar geleden. Eerst hadden we het over een dag, toen over een weekend, daarna over meerdere weekenden." Inmiddels is het een hele maand geworden. Want Oosterhouw, het woonhuis van de dichter in Leens, is in maart alle weekenden open voor publiek.
Wynia is literair erfgenaam van Jellema. Het afgelopen decennium bezorgde hij een indrukwekkende reeks uitgaven: twee delen verzameld werk (essays en gedichten), een keuze uit zijn dagboeken en nog een bundel essays. "Cor liet een archief van acht, negen meter aan Leitz-mappen na. Een groot deel daarvan is naar het Letterkundig Museum gegaan," vertelt Wynia. "Ik heb een doos zelf gehouden, een selectie, met het idee daar iets mee te doen. In een museum kijkt niemand er naar om."
De doos bevat onder meer beschouwingen over beeldende kunst. Zo vloeit het boekje dat zondag wordt gepresenteerd voort uit een toespraak die Jellema in 1987 in Emmen hield bij de opening van Aspecten 87 in het Bruggebouw, een tentoonstelling met werk van kunstenaars rond galerie Wiek XX, van wie een deel nu bij Jacob Wijk exposeert. In zijn toespraak spreekt hij zich uit tegen het odium dat realisme achterhaald en provinciaal zou zijn.
Jellema was zijdelings betrokken bij de Fuji Art Association, een groep kunstenaars die een zwaar stempel heeft gezet op het kunstleven in Groningen en Drenthe: Matthijs Röling, Trudy Kramer, Ger Siks, Sam Drukker, Pieter Pander. Als dichter genoot hij destijds nog niet de bekendheid die hij tegenwoordig heeft, met dank aan een actieve groep bewonderaars.
Wynia: "Soms zie je nog dat hij een Groningse dichter wordt genoemd, maar dat is niet juist. Laat dat Groningse maar weg. Cor was een laatbloeier. Iemand die voortdurend twijfelde over de kwaliteit van zijn werk. Hij was ongelofelijk kritisch. Bij alles wat hij schreef, vroeg hij zich af of het wel de moeite waard kon zijn. En dat was beslist geen koketterie."
Wynia leerde Jellema halverwege de jaren tachtig kennen toen hij een vertaler zocht voor een gedicht van de Duitser Stefan George. "Met kerende post kreeg ik een enthousiaste brief terug met een eerste opzet. Zo is het eigenlijk begonnen. Daarna zijn we bevriend geraakt."
Inmiddels is een biografie in de maak. Een project voor lange termijn, waarschuwt Wynia. "Ik ben in het dagelijks leven leraar Nederlands. Het schrijven van een biografie laat zich lastig combineren met lesgeven, maar het zal er een keer van komen. Het materiaal dat ik heb verzameld en de vele gesprekken die ik heb gevoerd, zijn in ieder geval zeer de moeite waard."
Herdenkingen
De tentoonstelling Rondom gedichten van Cor is tot en met 21 april te zien in Galerie Jacoba Wijk in Wehe-den Hoorn (www.galeriejacobawijk.nl). De tentoonstelling Spolia is van 25 maart tot en met 5 april te zien in Academie Minerva aan de Praediniussingel in Groningen.
Zie ook www.spolia-eenmaandvoorcor.com