Wegens uitverkoop tijdelijk gesloten
Het lied van Hiawatha, prachtig bezongen

Over 'Doodstil' van Jan Mulder

DoodstilJanMulderDe organisatoren van de Maand van de Spiritualiteit vroegen Jan Mulder het begeleidende essay te schrijven. Doodstil heet zijn publicatie. Om meteen de pret te bederven: het is een dun boekje, qua vorm en vooral qua visie. Geschreven in verzorgd Nederlands, maar moeilijk serieus te nemen.

Mulder heeft het verzoek aangegrepen voor een 'studie' naar het begrip stilte. Hij heeft daartoe boekenkasten, internet en zijn geheugen bezocht om terug te keren met een wirwar: herinneringen aan de tijd dat stilte nog heel gewoon was, anekdotes, definities en omschrijvingen.

Mulder citeert er op los: Schopenhauer, Augustinus, Robert Musil, Johannes van Apamea, Krisnamurti, Kees Fens, Pessoa, de reclamefolder van Jos Bakker ('voor al uw geluidswering'), Michail Zosjtsjenko. De ene na de andere naam, het gaat maar door.

Maar Mulder zou Mulder niet zijn als hij niet probeerde het laatste woord te krijgen. Bijvoorbeeld door een brief te citeren waarin wordt gereageerd op zijn krantenstukje over de plaatsnaam Doodstil. Die, anders dan Mulder beweerde, niets te maken zou hebben met stilte, maar verwijst naar de brug ('til') van een man genaamd Dood. En dan schrijft Jan Mulder: "Ik wist het, (…), ik meed bewust Doede en de houten plank, ik richtte me op het stille in Doodstil, het komt me namelijk goed uit."

Eerst publiekelijk iets beweren en vervolgens, als het anders blijkt te zitten, het ongelijk zo manoeuvreren dat er geen ongelijk meer bestaat.

Ook fraai: Mulder beschrijft hoe de stichting Marketing Groningen hem verzoekt een fractie van een seconde te figureren in een reclamespot van de provincie. Bert Visscher doet ook mee, paait Marketing. "Graag", hapt Mulder toe. Om daarna mee te maken hoe 'de aantrekkelijkheid van stad en ommelanden met een flitsende montage in beeld werd gebracht'. Een bladzijde verderop begint hij ineens zijn bedenkingen te uiten. "Doet de provincie niet te veel aan promotie?" lezen we. Hallo: bezint eer ge begint.

Dan de stelligheid, die hem al zoveel en zover heeft gebracht. Klein, maar veelzeggend. Over Borger, waar minister Verhagen een 'Park van Energie' wil bouwen: "Ik ken Borger, en inderdaad het is daar mooi, op het weelderige af, maar er ontbreekt iets. Het plaatselijk bestuur moet dat ook hebben gevonden en is gretig ingegaan op het initiatief van de minister." Let op het bijzinnetje 'maar er ontbreekt iets'. Een columnisten-waarheid: onweerlegbaar, omdat het nergens op is gebaseerd. Hooguit op levenshouding, maar zeker niet op spiritualiteit.

Na te lang dralen komt Mulder in zijn fragmentarische essay tot zijn punt. Hij kan niet leven met de plannen voor windmolens in onze achtertuin, in zijn Nieuwolda. De plek waar hij na jaren hard werken in het drukke Westen tot rust zou willen komen. Hij citeert met instemming uit ingezonden brieven in Dagblad van het Noorden, over de wijze waarop 'te vuur en te zwaard de nagenoeg zinloze windmolen ons door de strot wordt geduwd'.

Hij foetert op links en Femke Halsema in bijzonder, die als fractievoorzitter van GroenLinks voor palen, turbines en windparken stemde. ("Ik mag Femke Halsema graag.") Hij spreekt van een windturbinemaffia en windmisdaad die de stilte en leegte om zeep helpen. Met twijfelachtig gemak gaat hij voorbij aan het achterliggende (energie)probleem en hakt hij de (deel)oplossing aan mootjes.

Om uit zijn onmogelijke hoek te geraken verzint Mulder een list – geen rationele, maar een literaire kunstgreep. Hij voert als alter ego meneer Norton op, die na het controleren van het gasfornuis zijn vrouw kust om een rondje door de provincie te maken, richting Doodstil. Daar aangekomen schrijft Mulder: "Niets is nog stil of wil stil worden in meneer Norton. Het verlangen naar stilte in zichzelf is dood en daardoor groter dan ooit."

We verklappen het einde: Meneer Norton blaast zichzelf op. "De stilte erna doet alle andere stiltes vergeten. De kilometer diepe krater strekt zich uit van de Duitse grens over een breedte van de Hondsrug tot aan de Dollard aan de Wadden. Precisiewerk. Dit is een stiltegebied waar niets meer is: geen geluid, geen zin, geen wind, geen mensen die stilte opzoeken."

Een explosie, veroorzaakt door een zelfmoordterrorist. Een gewelddadige oplossing van iemand die weigert te leven in een wereld die anders wordt ingericht dan hij graag had gezien. De 9/11 aanpak zeg maar. Dat alles ter gelegenheid van de Maand van de Spiritualiteit. Ironie? Symboliek? Fundamentalisme? Het is een nihilistisch antwoord op een serieus maatschappelijk vraagstuk. En het is Jan Mulder ten voeten uit. Altijd bereid tot een verrassend geluid. Maar ook een geluid dat ons niks verder brengt.

Boek Doodstil Auteur Jan Mulder Uitgever Stichting Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek (CPNB). Prijs 2,50 euro (110 blz.).