Philip Huff over Emmen in De Groene Amsterdammer
17-8-12
Emmen scoort al twee jaar lang opvallend slecht in de lijstjes van de Atlas voor gemeenten, rangschikkingen waarbij de 50 grootste gemeenten van Nederland op ruim 40 punten met elkaar worden vergeleken. In 2011 leidde dat tot stukken in de provinciale pers, maar dit jaar is er ook landelijke mediabelangstelling voor de belabberde scores.
Nadat dit voorjaar NCRV's Altijd wat een televisieverslaggever naar Zuidoost-Drenthe stuurde om de schade op te nemen, is nu ook iemand namens De Groene Amsterdammer naar het getroffen gebied afgereisd. Die iemand is Philip Huff, schrijver van de interessante roman Niemand in de stad. Kees van de Veen maakte de begeleidende foto's; voor de verandering twee die de lading niet helemaal dekken.
Huff maakte zijn reis in het kader van de zomerserie Zomerschrijvers. Eerder gingen in dat kader auteurs als Merijn de Boer, Martijn Simons, Ivo Victoria en Bart Koubaa op reis om de stand van het land te bepalen. Huff pakte het fris aan, onbevangen zeg maar, al is zijn stuk niet zonder fouten, maar we zullen hem geen zwijnen om de keet jagen. Want wat lezen we in zijn slotconclusie:
“De verbouwde boerderijen van Noordbarge hadden net zo goed vlak buiten Epe en Den Bosch kunnen staan. De klinkers van de winkelstraat hebben dezelfde vorm en kleur als die in Wassenaar, en waarschijnlijk ook als in Waalwijk en Vlagtwedde. Winkelpassage De Vlinder is ook in Naaldwijk te vinden, maar heet daar De Tuinen. (…). Welke stad heeft aan de rand geen Chinees-Indisch restaurant? Geen bord in een weiland: hier verschijnt een nieuwe woonwijk? Geen theater waar Stef Bos optreedt?
Is Emmen de minst prettige grote gemeente van Nederland om te wonen, dan is dat op duizendste van een punt. De stad verschilt van de meeste andere grote gemeenten zoals pakken op een begrafenis van elkaar verschillen: het zit ‘m in de details. En wie niet voor de Atlas voor gemeenten werkt, ziet het verschil niet. Heel Nederland is dezelfde Blokker-winkelstraat, een woonwijk met oranje vlaggetjes, een industrieterrein vol gevelbelettering. Met wat park er omheen.”
Zo is het ook nog eens een keer.
(In dezelfde De Groene Amsterdammer een stuk waarin Marcel Möring in zijn rubriek Technologica zijn overstap naar ‘de cloud’ aankondigt, en daarbij verzuimt op te merken dat je bij ‘de cloud’ je gegevens parkeert in een onpersoonlijke garage die je, als de aandeelhouders er om vragen, achteraf een rekening sturen.
Plus een artikel waarin Günter Walraff via een nieuwe undercover-actie de uitbuiting van de moderne postbezorging aan de kaak stelt. Laat nu net De Groene Amsterdammer in het vervolg een dag later in Emmen bezorgd worden, omdat De Groene Amsterdammer in zee is gegaan met een goedkopere bezorger.)