Homopoëzie voor en na de eerste tongzoen
5-7-11
Het begon met een vraag. Als er zo makkelijk dichtbundels verschijnen over dieren, reizen en vrede op aarde, waarom dan niet over homoseksualiteit? Nadat Coen Peppelenbos eerder de literatuur verrijkte met twee gay-soaps – geschreven met Doeke Sijens – heeft hij zich nu op Nederlandstalige homopoëzie gestort. Hij nam daarvoor Corrie Joosten in de arm, docent letterkunde en medesamensteller van het Basisboek Literatuur.
Met als resultaat twee bloemlezingen: Zacht gezicht aan zacht gezicht over vrouwenvriendschappen en Hij zag een kameraad in je over mannenvriendschappen. Gerrit Komrij nam op Roze Zaterdag in Groningen de eerste exemplaren in ontvangst, na afloop van literair festival Schrijvers aan de Hoge Der A, waar een aantal gebloemleesde schrijvers acte de presence gaf.
Maar eerst de definitie. Over wat voor poëzie hebben we het? "Over gedichten waarin sprake is van homoseksualiteit, of waarin de mogelijkheid van homoseksualiteit open wordt gelaten," begint Peppelenbos. "Vriendschap tussen mannen en tussen vrouwen speelt daarbij een belangrijke rol, vooral in de zin van verliefdheid, een sterk verlangen of lust. Seks kan, maar pornografie gaat weer te ver."
Joosten kon bij aanvang de namen van zes lesbische dichters noemen. Zacht gezicht aan zacht gezicht telt uiteindelijk 77 namen, vrouwen én mannen. "Dat heeft me verrast", zegt ze. "Maar wat me nog meer heeft verrast, is hoeveel van die dichters vergeten zijn. Anna Blaman is misschien de meest bekende van allemaal, maar wie leest haar gedichten nog? Alleen al daarom is het goed dat deze bundels verschijnen."
Peppelenbos kende meer dichters. "Mannen zijn nu eenmaal nadrukkelijker aanwezig in de literatuur", verklaart hij. "Vrouwen zijn dan toch meer lezers." Er is door mannen altijd homopoëzie geschreven, en dan ook meteen minder verhullend dan door vrouwen. Hij zag een kameraad in je opent nog voorzichtig met het beroemde Egidius, waer bestu bleven? uit circa 1400. Eind negentiende eeuw introduceert Albert Verwey de eerste tongzoenende mannen.
De vrouwenbloemlezing begint halverwege de zeventiende eeuw met vier regels waarin Catharina Questiers door de knieën gaat voor de kousenband van Cornelia van der Veer. Een gedicht later schrijft Cornelia op haar beurt vier regels waarin zij Catherina een tabakspijp aanbiedt. De productie komt pas echt op gang, zowel bij mannen als vrouwen, in de twintigste eeuw.
De vrouwen pieken vervolgens in de jaren tachtig. Joosten trof tijdens haar onderzoek in het Anna Blaman-huis in Leeuwarden op de planken lesboliteratuur stapels poëzie aan. "Tijdens de tweede Feministische Golf is veel geschreven, niet allemaal even goed overigens." De mannenpoëzie maakte tien jaar eerder een hausse door, constateert Peppelenbos. "Met Reviaanse homopoëzie. Ook daar zit schrikbarend veel rommel tussen."
En steeds was er de vraag: waar gaat heterovriendschap over in homoliefde? "Dat is niet altijd goed vast te stellen", zegt Peppelenbos. "We hebben gedichten van Piet Paaltjens opgenomen waarbij die vraag zich opdringt. En ik kwam een prachtig gedicht tegen over vriendschap van Erik Menkveld. Bleek het tussen en man en vrouw te spelen." Joosten: "En bij Astrid Roemer was de 'zij' ineens een moeder."
Nog zoiets: humor onder homo's. Vooral onder de vrouwendichters leidde het tot discussie. Peppelenbos: "Daar werd opvallend moeilijk gedaan over de gedichten die we wilden selecteren." Joosten: "Zelfs op de titel van de vrouwenbloemlezing kwam commentaar: veel te zacht. Maar Twee potten en een lelijk kind en De Dijk van Marijke Boon moesten er in. Net als Hé kleine pot van Margreet Dolman."
Hun bloemlezingen bieden hoogtepunten en introducties, benadrukken de samenstellers. Zonder de claim volledig te zijn. Met naast grote namen (Lodeizen, De Mérode, Boutens, De Waard, Burnier, Gerhardt) een aantal nieuwe uit het verleden. Zoals bij de vrouwen Cor Klinkenbijl en Christine Meyling en bij de mannen Willem Arondéus en L. Ali Cohen.
Zacht gezicht aan zacht gezicht is de eerste bloemlezing in zijn soort. Hij zag een kameraad in je is een actueel overzicht na een lange periode van stilte. Is homoseksualiteit nog wel een levend thema in de literatuur? Peppelenbos: "Niet voor iedereen. Voor Gerbrand Bakker is het zo vanzelfsprekend dat sommige mensen er overheen lezen. Er is veel meer acceptatie. Maar het viel niet mee om heel jonge dichters te vinden."
Hoewel internet het homoleven op veel punten comfortabeler heeft gemaakt, is de functie die homopoëzie kan vervullen er niet minder om. "Vanwege de herkenning. Bij mij ging dat in het begin via het proza. Ik was er vroeg bij met Arendsoog en Witte Veder", zegt Peppelenbos. "Bij mij ging het via Blaman en Burnier", zegt Joosten. "Ik was al wat ouder. Maar voor de herkenning is het lezen zeer belangrijk geweest."
Bloemlezingen
Hij zag een kameraad in je en Zacht gezicht aan zacht gezicht van Corrie Joosten en Coen Peppelenbos zijn verschenen bij uitgeverij kleine Uil. Prijs per deel 15 euro.