Strips met veel potentie, maar weinig publiek
19-5-09
Het gaat goed met de strip in Nederland (foto: Peter Wassing). En toch ook weer niet. Met de instelling van de Marten Toonderprijs (25.0000 euro) en een intendant voor strips bij het Fonds voor beeldende kunst, vormgeving en bouwkunst (BKVB) is het grote publiek uit de jaren zeventig en tachtig nog lang niet teruggewonnen.
Hendrik J. Vos uit Arnhem is de eerste om het toe te geven: hij zal niet rijk worden van Verhip een strip, het tweejaarlijkse festival voor kleine stripmakers in Groningen. "Aan het einde van dag is het vast weer hetzelfde verhaal", vertelt hij met een lachje. "Zo’n honderd bezoekers en nauwelijks werk verkocht. Maar ik ben hier niet voor het geld. Ik kom vooral om collega’s te ontmoeten."
Verhip een strip, zaterdag 16 mei in Groningen, wil een overzicht bieden van het zogeheten small press-circuit. Vos presenteert in poppodium Vera zijn ‘Edelpulp reeks’, een serie gestileerd ogende boeken met avonturenstrips. "Edel staat voor de manier waarop de boeken worden gemaakt en uitgegeven, dat neem ik heel serieus", doceert hij. "Pulp verwijst naar de inhoud. Het gaat mij om het vermaak. Net zoals het bij een filmregisseur als Steven Spielberg op de eerste plaats om vermaak gaat."
Vos draait al jaren mee. Hij had ooit een eigen tijdschrift, Krypton. Zijn albums verschenen bij gespecialiseerde uitgevers. "De jaren zeventig en tachtig, dat waren gouden jaren voor de strip in Nederland", blikt hij terug. "Krypton haalde een oplage van 3000 exemplaren, dat is niet meer mogelijk. Het publiek is verdwenen. Het lijkt alsof alleen kalende, dikbuikige mannen van veertig nog strips kopen. Jongeren steken hun tijd nu liever in het spelen van games."
En toch gaat het ook goed met de strip. Zo is er veel interesse van media en literaire uitgevers voor het fenomeen graphic novel, heeft de kunstacademie in Zwolle onlangs een studierichting voor strips in het leven geroepen en beschikt het Fonds voor beeldende kunst, vormgeving en bouwkunst (BKVB) sinds deze maand over een heuse stripintendant. En dan zijn er nog de tijdschriften Zone 5300 en Eisner, zelfs de Eppo leeft weer.
"Er is veel potentie, maar te weinig publiek", vatten Thomas Langedijk en Hans Klaver de stand van zaken samen. Langedijk is in Groningen om zijn werk als stripmaker Tommy A onder de aandacht te brengen. Klaver doet hetzelfde, maar dan als Schwanz, het pseudoniem waarmee hij onder meer voor de Spits tekent. Beide zijn betrokken bij de onlangs opgerichte Beroepsvereniging Nederlandse Stripmakers (BNS).
Langedijk en Klaver: "Art Spiegelman heeft een Pulitzerprize gewonnen met Maus, van Persepolis van Marjane Satrapi is een film gemaakt, Verder van Marc Legendre werd genomineerd voor de Libris Literatuur Prijs. Toch koopt niemand die albums. S!ngle van Hanco Kolk is vooral bekend omdat er een televisieserie met Katja Schuurman van is gemaakt. In het buitenland weten ze niet eens dat Nederland een stripcultuur heeft."
Voornaamste doel van de BNS is een beter klimaat. "In deze tijd van recessie wordt door kranten en tijdschriften op strips bezuinigd. De tekenaars vliegen er als eerste uit, terwijl hun contracten al twintig jaar op hetzelfde niveau zitten. Stripmakers hebben vrijwel geen mogelijkheden om zich te ontwikkelen. De Eppo mag dan weer terug zijn, maar er is nauwelijks ruimte om te laten zien dat er naast Franka en Agent 372 ook wat anders gaande is."
Afgaand op Verhip een strip komt dat ‘andere’ vooral neer op gags en autobiografisch getinte strips. De avonturenstrip vol helden is voorbijgestreefd door de school van Gerrie Hondius, Maaike Hartjes en Barbara Stok. Zoals het charmante Lul de behanger van Qwe Qwe, pseudoniem van de in Hoogezand geboren Jolanda Peihak: priegelwerk met een klare lijn en een hoog gniffelgehalte. Het aantal vrouwelijke tekenaars is sowieso opvallend.
De veelbesproken graphic novel lijkt aan het small press-circuit in Groningen voor-bij te gaan. "Logisch", zegt Hendrik J. Vos. "Dat is een bedenksel van literaire uitgeverijen. Een marketingmiddel. Het is niks nieuws en er is ook weinig literairs aan. De meeste stripmakers kunnen alleen dromen van zulke uitgaven. Maar het is prima dat er zoveel aandacht voor is. Alle aandacht voor strips is welkom."