Rikkert Zuiderveld (foto: Duncan Wijting) is vooral bekend als de helft van het duo Elly en Rikkert. Daarnaast is hij solo actief: als zanger, schrijver en dichter. Onlangs verschenen twee uitgaven van zijn hand: De Luisterboekenwurm en de bundel Alle beestjes helpen, met oneliners en diergedichten. 27 maart treden Elly en Rikkert op in De Uelenspieghel, Winkelsteeg 5 in Uffelte. Aanvang 20.00 uur.
Nuis
"Ik ben geboren in Groningen, in 1947, in het ziekenhuis – mijn ouders woonden toen in Haren. Maar ik ben opgegroeid in het Westerkwartier; tot mijn zesde woonde ik in Nuis. Veel van mijn familie komt overigens uit Noord-Drenthe, mijn grootouders hadden een boerderij op het zand. Later zijn we verhuisd naar Naarden. Ik kom uit een gezin met vier kinderen: een oudere zus en twee jongere broers."
Taalspelletjes
"Mijn liefde voor taal is een kwestie van genen en van vorming. Wij hadden thuis geen abonnement op de Donald Duck, maar op de KrisKras, waar onder anderen Annie M.G. Schmidt en Mies Bouhuys voor schreven. Dat was opvoedkundig verantwoord. Mijn vader werkte in het voortgezet onderwijs, hij gaf Duits en Frans. Mijn moeder deed aan declamaties. Aan tafel werden woordspelletjes gespeeld. Daar hou ik nog steeds van."
Archeologie
"Als jongen was ik al gefascineerd door archeologie. Ging ik op de fiets alle hunebedden af. Nu nog kijk ik uit naar archeologische vondsten: pijlpunten, vuistbijlen. Het heeft met zoeken naar oorsprong te maken. Het idee dat je iets vindt dat duizenden jaren geleden is gebruikt door een mens als jij en ik. Iemand met precies dezelfde levensvragen, maar met minder informatie. Om archeoloog te worden, moest je eerst vier jaar geschiedenis studeren – daar had ik net te weinig motivatie voor. Er kwam van alles tussen."
Elly
"Ik ontmoette Elly in 1966 op een middag bij Jop Pannekoek in Amsterdam. Ze wilde actrice of zangeres worden en had net een talentenjacht gewonnen. Als prijs mocht ze een plaat opnemen. En omdat ik daar toevallig ook was, en wat liedjes had geschreven op een gitaar waarvan ik niet eens wist hoe ik hem moest stemmen, mocht ik ook een plaat opnemen. Met het orkest van Ruud Bos. Zo makkelijk ging dat toen. Er kon heel veel in die tijd. ’s Avonds gaven we met zijn drieën een optreden: Jop, Elly en ik. Twee jaar later zijn we getrouwd."
Commune
"Begin jaren zeventig ben ik teruggekeerd naar het Noorden, naar Uffelte. We woonden op een boerderij en op een dag stond er een bevriend gezin op de stoep. Die mensen waren bij een brand hun huis kwijtgeraakt, dus die laat je dan binnen. Het beeld van een commune met vrije seks en allerlei toestanden is zwaar overtrokken en zeer eenzijdig – alsof alle communes in die tijd hetzelfde waren. Het was niet altijd eenvoudig om met zoveel verschillende mensen onder één dak te leven. Maar wel heel leerzaam."
Christen
"Ik heb vaak geprobeerd in de media uit te leggen hoe ik christen ben geworden, maar het is er nooit duidelijker van geworden. Laat ik er dit van zeggen: het is vinden wat je zocht en gevonden worden. Ik heb geen kant-en-klaar Godsbeeld. Het woord beeld alleen al schiet tekort. In de Bijbel staat ergens ’Ik ben die ik ben’. Dat zegt alles. Het is iets heel persoonlijks, zo intiem dat je er geen media bij moet halen. Ik ben ook geen lid van een kerk. In het begin gingen Elly en ik naar de vrije evangelische gemeente. Kwamen we diep in de nacht terug van een optreden uit Vlaanderen en dan vielen we om tien uur ’s morgens in de kerkbanken in slaap. Dat werkte niet."
Gedichten
"Ik heb altijd veel poëzie gelezen: Nijhoff, Achterberg, maar ook de Vijftigers, Lucebert, Hamelink. In deze nieuwe bundels vind je dat niet terug, dat is meer light verse en nonsenspoëzie. Het is taalspelerij met soms een serieuze ondertoon. Maar ik schrijf ook wel sonnetten. Die afwisseling is erg prettig. Het een is niet belangrijker of beter dan het ander. Hoewel sommige mensen daar anders over lijken te denken. Het is iets waar ik me erg zorgen over maak. Ik zie presentatoren op televisie ook wel eens denken: ’Ik ben beter dan jij’, ’Jij mag blij zijn dat je bij mij in het programma zit’. Verborgen fascisme. Niemand die er iets van zegt."
Oneliners
"Ik verzamel mijn oneliners in de computer in een mapje met de titel ’losse flodders’. Nou ja oneliners, het zijn aforismen, invallen en gedachten. De mooiste bestaan uit waarheid, wijsheid, filosofie en een woordspel. Als puber schreef ik gedichten. Later heb ik daar op de gitaar van mijn broer akkoorden bij gezocht. Zo zijn mijn eerste liedteksten ontstaan. Eerst de woorden, daarna de muziek. Taal is altijd het uitgangspunt gebleven. Ik sta wel eens voor de klas en dan vertel ik kinderen hoe belangrijk taal is, hoe belangrijk lezen is. Als je je taal beheerst, als je goed kunt formuleren, ontstaan er minder misverstanden. Hoe beter de taal, hoe minder kans op ruzies en oorlog."
Solo
"Twee jaar geleden zouden Elly en ik een dubbelalbum uitbrengen: twee cd’s in één hoesje. Maar Elly kreeg het te druk met televisie en toen ben ik solo gegaan, veertig jaar na mijn debuutalbum Achter glas. Elly kreeg er niets van mee, tot het album – Solo – klaar was en ik ’m thuis afspeelde. Er staan twee liefdesliedjes voor haar op. Zat ze op de bank te huilen. Mooi hoor, om je vrouw op de bank zo in tranen te zien."