Cultuurtoerisme op Schier: Schrijvers om de Noord
5-3-09
Trudy Kramer en Ger Siks kwamen tien jaar geleden met het idee. Ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan van tijdschrift Noorderbreedte bedachten ze Schrijvers om de Noord, een meerdaags festival dat de kwaliteit van de letteren in Drenthe, Friesland en Groningen onder de aandacht moest brengen. Deze week beleefde het tweejaarlijkse evenement zijn eerste lustrum. Presentator Piet Piryns stelde het dinsdag bij aanvang met genoegen vast. De vijfde editie had liefst drie winnaars van de P.C. Hooftprijs naar Schiermonnikoog gelokt: Eva Gerlach, Rutger Kopland en Gerrit Krol. De eerste twee traden ook werkelijk op, de derde bevond zich in het publiek. Maar de boodschap was overgebracht - Schrijvers om de Noord is niet zomaar een festival. Wat is het dan wel? Op de eerste plaats een netwerkbijeenkomst voor auteurs van min of meer gevestigde naam, aangevuld met vers talent. Zoals dit keer de triomfantelijke Ester Naomi Perquin, die zich een excuus-twintiger voelde tussen alle vijftig- en zestigplussers. Driek van Wissen was er weer, net als Anton Korteweg, Ad Zuiderent en Jan Veenstra, maar ook Marjoleine de Vos en Eva Gerlach gaven acte de presence. Voor de lokale middenstand is Schrijvers om de Noord een opsteker in het laagseizoen. De schrijvers en dichters krijgen kost en inwoning, maar in de slipstream brengen ze extra volk over de vloer. Dat is wel zo prettig voor de veerdienst, de hoteliers en de fietsenverhuurder. Cultuurtoerisme avec la lettre, met als lokkertjes uitzicht op het lege, brede strand en weilanden vol ganzen. Ten derde geeft het festival aanleiding tot lofzangen op Schier zelf. Driek van Wissen trok dinsdag het gelegenheidsgedicht Heim ins Reich uit de binnenzak, over hoe de Friezen de Groningers betaalden om het oostwaarts wandelende eiland binnen provinciegrens te houden: 'Toch hadden wij Schier nooit mogen verkopen:/ Dat eiland is niet zomaar weggelopen!' Jan Veenstra heeft een haat-liefde verhouding met Schier blijkens het verhaal Het woord en de beer: "Het mooiste van Schier is de boot. Op de keper beschouwd is het eiland zelf alleen nodig als pleisterplaats. Een aangename stationsrestauratie waar je tijd genoeg hebt om je verwachting langzaam te voelen verglijden in melancholie." Ten vierde zijn er de ontdekkingen. Zoals Martin Reints die tot tweemaal toe zijn Ballade van de winstwaarschuwing voordroeg, in twee varianten, en daarmee beide keren de luisteraar op het puntje van de stoel kreeg. En harmoniumspeler Klaas Hoek, die alles wat God verbood uit zijn psalmpomp te voorschijn toverde. Op de vijfde plaats is er ruimte voor persoonlijk eerbetoon en huldeblijken. Dit keer ging extra aandacht uit naar Anton Korteweg, onlangs uitgezwaaid als directeur van het Letterkundig Museum. Dinsdag droeg Rutger Kopland een gedicht aan Korteweg op. Woensdag werd hij twee keer in de watten gelegd. ’s Middags door Tom van Deel, ’s avonds met een interview door Piet Piryns. Los van het ons-kent-ons is Schrijvers om de Noord vooral een mooie gelegenheid om een ander te horen verwoorden waar je zelf, als toerist, stilletjes op hoopt. Zoals door Tom van Deel in De Wolk: 'De mooiste wolk is alleen in een lucht - / en een wind waait hem om de aarde.' Jammer dat die eenzame wolk zich ondanks alle wind tijdens het festival boven Schier niet liet zien. Zo is er altijd wel wat.