Uitgestaard op het veelbelovende leven
12-11-07
'Japi rookte de eene sigaar na de andere, die voor 't wegnemen op mijn tafel lagen, mijn sigaren.' Illustratie: Joost Swarte
Het kleine oeuvre van J.H.F. Grönloh, beter bekend als Nescio, behoort tot het mooiste ooit in de Nederlandse taal geschreven. Met name De uitvreter, Titaantjes en Dichtertje uit respectievelijk 1910, 1914 en 1917 zijn talloze malen als bundel uitgegeven en herdrukt. En steeds werd een nieuw publiek gevonden voor wat W.F. Hermans ooit omschreef als ‘het boek dat alle andere boeken overbodig maakt’.
Hoe levend Nescio nog altijd is, blijkt het feit dat openingszinnen als ‘Behalve den man, die de Sarphatistraat…’, ‘Jongens waren we…’ en ‘Tweemaal schudde de God van Nederland zijn eerbiedwaardige hoofd…’ een plek hebben gekregen in het collectieve geheugen en dat personages als de uitvreter en Koekebakker ook buiten de literatuur voortbestaan. Maar het blijkt ook uit de manier waarop Nescio andere kunstenaars blijft inspireren.
Joost Swarte leerde het werk in de jaren tachtig kennen en werd een decennium later gevraagd het verhaal Dichtertje te illustreren. In 1997 leidde het tot een boekje waarin hij de tekst van Nescio van illustraties had voorzien. Vijf jaar later volgde Titaantjes en vorig jaar besloot hij de trilogie met De uitvreter. De drie afzonderlijke delen zijn nu voor het eerst als een geheel verkrijgbaar, in een foedraal met een extra vel waarop schetsen staan.
De tekenstijl van Swarte correspondeert goed met de tijd waarin Nescio zijn beroemde verhalen schreef. Een verrassing is dat niet, zijn klare lijn is nauw verwant aan sommige schilder- en tekentechnieken die begin vorige eeuw in de beeldende kunst en kunstnijverheid werden toegepast. De sobere, heldere en zakelijke uitstraling leent zich perfect voor het verbeelden van een wereld waarin grote verwachtingen en melancholie elkaar afwisselen.
Speciale aandacht verdient ook het gekozen lettertype voor de oude spelling: moddervet en met veel wit tussen de afzonderlijke letters zodat je traag moet lezen. Titaantjes en Dichtertje liggen wat de opzet betreft in elkaars verlengde. De titaantjes zelf zet Swarte neer als parmantige kereltjes die met klokken en wereldbollen worstelen, de God van Nederland uit Dichtertje is een heer met een wandelstok en een alwetend oog in een driehoek op de plek waar hij zijn hoofd zou moeten hebben.
Hoewel Titaantjes de meest gevarieerde illustraties bevat, is De uitvreter het meest bijzondere deel uit de reeks. Swarte maakte voor iedere tweede bladzijde een nieuwe tekening waarin Japi op de voorgrond wordt geplaatst en zijn omgeving in grijze lijnen is afgebeeld. Wie met de rechterduim het boekje doorflippert, ziet een tekenfilmpje waarin de uitvreter door de wereld wandelt tot hij van de Waalbrug afspringt en onder het water verdwijnt. Uitgestaard op het eens zo veelbelovende leven.
‘De rivier is sedert naar het Westen blijven stroomen en de menschen zijn blijven voorttobben’, schreeft Nescio tot slot. En zo is het maar net. Maar wat geeft het zolang het mooi en poëtisch gebeurt.
Boek: De uitvreter, Titaantjes en Dichtertje. Auteurs: Nescio (tekst), Joost Swarte (illustraties en vormgeving). Uitgever: Nijgh & Van Ditmar. Prijs: €35 (drie delen in foedraal).